Rellen in Mongolië na verkiezingen
In de Mongoolse hoofdstad Ulaanbataar zijn vandaag duizenden woedende mensen de straat op gegaan na de uitslag van de parlementsverkiezingen van afgelopen week. De zittende communistische Mongoolse Revolutionaire Volkspartij won bij de verkiezingen 45 van de 76 zetels in het parlement.
Toen de uitslag bekend werd, trokken aanhangers van de concurrerende Democratische Partij naar het hoofdkantoor van de communisten en staken deze in brand. Brandweermannen die het vuur probeerden te blussen werden bekogeld met stenen. De oproerpolitie gebruikte onder meer traangas om de menigte te verdrijven.
Oppositieleider Tsakhia Elbegdorj gaf al eerder vandaag aan de verkiezingsuitslag niet te accepteren. "Niemand heeft behoefte aan zo’n uitslag, en deze zal, in overeenstemming met de wet, dan ook worden bijgesteld."
Premier Sanjagiin Enkhbayar ontkent de geruchten over ongeregeldheden bij de verkiezingen. "De verkiezing verliep vrij en eerlijk. We vragen iedereen om nu meteen te stoppen met deze chaotische protesten." Volgens internationale waarnemers verliepen de verkiezingen inderdaad eerlijk. Wel erkennen zij dat er door een nieuw kiessysteem enkele procedurefouten zijn gemaakt.
Om de orde te herstellen heeft premier Enkhbayar de noodtoestand uitgeroepen. Vier dagen lang mogen burgers na 22.00 uur niet meer de straat op, is het verboden om bijeenkomsten te houden en mogen alleen staatsmedia nog verschijnen en uitzenden.
Mongolië is sinds 1990 één van de weinige democratieën in Centraal-Azië. De communistische partij regeert het land al bijna een eeuw lang, met slechts een korte onderbreking van 1996 tot 2000.