Madonna definitief vrijuit na kruisigingsact
De kruisigingsscène die de Amerikaanse popster Madonna uitvoerde tijdens een concert, was niet strafbaar. Het Openbaar Ministerie (OM) hoeft de aangifte van de SGP-jongeren tegen haar niet in behandeling te nemen.Dat heeft het gerechtshof in Amsterdam bepaald, blijkt uit de uitspraak waarover het Reformatorisch Dagblad zaterdag berichtte.
De SGP-jongeren meenden dat Madonna zich tijdens haar optreden in de Amsterdam ArenA in september 2006 schuldig had gemaakt aan godslastering en belediging van christenen. Maar daarvan is volgens het hof geen sprake. De SGP-jongeren zijn teleurgesteld over de uitspraak, die volgens hen een "vrijbrief" om te kwetsen lijkt te zijn. Ze verzetten zich vooral tegen de act tijdens het nummer Live To Tell, waarin Madonna aan een kruis hing met een doornenkroon op haar hoofd. De jongerenorganisatie deed daarop aangifte bij het OM. Maar dat besloot niet tot vervolging over te gaan.
De jonge SGP'ers begonnen vervolgens een speciale procedure bij het gerechtshof in Amsterdam om het OM alsnog te dwingen Madonna te vervolgen. Het hof heeft dat beklag echter afgewezen. Madonna zelf heeft altijd ontkend dat de kruisigingsact godslasterlijk was bedoeld. Uit christelijke hoek kwamen destijds meer protesten.
De SGP-jongeren vinden het een "gemiste kans" om artikel 147 (verbod op godslastering) van het Wetboek van Strafrecht "niet van de broodnodige jurisprudentie" te voorzien. Een meerderheid in de Tweede Kamer van PvdA, SP, VVD, GroenLinks en D66 wil dit artikel overigens uit het wetboek schrappen. Of dat ook daadwerkelijk gaat gebeuren, is nog onduidelijk.