CD: Van Dyke Parks - Re-issues

Wat is de overeenkomst tussen Phil Ochs, Grace Kelly, Delaney Bramlett, The Byrds, Beach Boys, Loudon Wainwright III, Rufus Wainwright, Harry Nilsson, Silverchair, Ry Cooder, Joanna Newsom, Inara George, Keith Moon en Ringo Starr? Ze werkten allemaal samen met de geniale producer Van Dyke Parks. De term genie is zeker niet overdreven als we het over de uit Hattiesburg, Mississippi afkomstige sessiemuzikant, componist, arrangeur, producer, zanger en acteur hebben.

Het leven van Van Dyke Parks laat zich lezen als een avonturenroman. Zo speelt de 11-jarige Van Dyke als kindacteur in de laatste film van Grace Kelly (The Swan), was hij regelmatig te zien in Jackie Gleasons The Honeymooners en lag hij, in 1966, op een massagetafel naast Frank Sinatra in Las Vegas. "Mijn broer Carson heeft een mooi nummer voor jou en je dochter." The Voice heeft daar wel oren naar en zo staat begin 1966 het nummer 'Somethin’ Stupid' vier weken lang op nummer één.

Parks is het meest bekend van zijn werk met Beach Boy Brian Wilson. Het was echter Frank Zappa die Parks liet kennismaken met experimentele beatmuziek. In 1965 is hij een aantal keren op het podium te vinden bij The Mothers of Invention waar naar hem wordt verwezen met de naam Pinocchio. In 1966 speelt Parks mee op het album Fifth Dimension van The Byrds. David Crosby had hem al eens aangeboden om een band te beginnen maar Parks had dit afgewezen. In februari 1966 maakt Parks kennis met Wilson. Wilson was ontevreden over de tekst die Tony Asher had geschreven voor 'Good Vibrations' en vroeg Parks om hem te helpen bij het herschrijven van het nummer. Parks weigerde dit met de woorden: "No sense walking into someone else's problem", maar adviseerde wel om cello's te gebruiken in het nummer.

Wilson wist Parks wel over te halen om mee te schrijven aan het volgende album van The Beach Boys. Ondanks dat de zanger voor enkele duizenden dollars aan hash, weed en speedpillen had ingeslagen - ze vraten ze met handenvol op, aldus Wilson in zijn biografie - werd 'De Tienersymfonie Voor God' Smile een regelrechte ramp. Van Dyke Parks had op tijd het zinkende schip verlaten om zich te storten op zijn eerste solo-album Song Cycle in 1968.

Van Dyke Parks 1

Voor het album werkt Parks met producer Lenny Waronker. De lp laat zich beluisteren als een donker doolhof waarin allerlei klanken voorbijkomen die constant aan andere artiesten herinnert maar tegelijkertijd nergens op lijkt. Op Song Cycle staan vooral de ragtime en de New Orleans-achtige jazz centraal. Naast negen eigen composities treffen we ook een nummer aan van Randy Newman 'Vine Street', 'Colours' van Donovan en de traditional 'Nearer my God to Thee', een gospel waarvan wordt beweerd dat het als laatste muziek aan boord van de zinkende Titanic werd gespeeld. Met onnavolgbare teksten en zeer onvoorspelbare muziek was Song Cycle een zeer indrukwekkend debuutalbum dat helaas in 1968 nog niet helemaal werd begrepen en zodoende een flop van zo'n 35000 dollar werd. Maar daarmee behaalde de plaat ook meteen een cultstatus.

Van Dyke Parks advertentie

A Southwester in the yard invested with the garden and camped in concentration of a tall lilac to peel the rust off purple arbor.
Time is not the main thought from under the rain wrought from roots that brought us coots to hoot and haul us all back to the prime ordeal.
Dust off Pearl Harbor time.
(Uit: Pot Pourri)

Van Dyke Parks 2

Na Song Cycle zou het vier jaar duren totdat de volgende lp verscheen. Op Discover America reist Van Dyke Parks terug naar de muziek uit het Caribisch gebied in de jaren veertig van de vorige eeuw. Vooral de muziek uit Trinidad staat centraal op dit album, dat weer bol staat van korte experimentele uitstapjes en choreografische experimentjes. In 'John Jones' klinkt Parks als een soundtrack voor een western maar dan wel met Jamaicanen. Er zal waarschijnlijk menig pretsigaret in de studio gerookt zijn ten tijde van de opnames voor dit album. Parks steekt zijn bewondering voor Bing Crosby, The Mills Brothers en Edgar Hoover niet onder stoelen of banken.

Stick up a bank grab the dough get out of town
Guess the cops come for your love to mow them down
Shave off your beard change the color of your hair
Step out the door there's hoover waiting there
G-Man G-Man Hoovee
(uit: G Man Hoover)

In tegenstelling tot op zijn debuutalbum staan er op Discover America alleen covers van calypso muzikanten uit de eerste helft van de vorige eeuw. Zo horen we nummers van The Mighty Sparrow ('Jack Palance'), Rafael de Leon oftewel Roaring Lion ('Bing Crosby' en 'The Four Mills Brothers'), Lowell George ('Sailin' Shoes') en Aldwyn 'Lord Kitchener' Roberts ('Ode to Tobago' en 'Your Own Comes First'). Je waant je op een cruiseschip die door de tijd kan reizen.

Van Dyke Parks 3

Dat Parks de smaak van de zomerse calypso goed te pakken had blijkt als in 1975 Clang of the Yankee Reaper verschijnt. Op zijn derde album zweeft Van Dyke Parks tussen de ragtime en vaudeville van New Orleans en de vrolijke bluebeat klanken van Jamaica, wat niet zo vreemd is als je beseft dat de reggae op dat moment erg populair was geworden. Naast één eigen compositie treffen we een negental nummers aan van onder meer The Mighty Sparrow, Lord Kitchener, Winston Monseque en Cliff Friend. Clang of the Yankee Reaper is een album dat vooral liefhebbers van de eerste generatie skabands van Jamaica zal aanspreken. Daarnaast heeft het album ook nog een link met The Beatles. In de begeleidingsband van Van Dyke Parks treffen we namelijk bassist Klaus Voormann (hoesontwerper van onder meer Revolver van The Beatles) en drummer Jim Keltner (ex-John Lennon & The Plastic Ono Band) aan.

Ben je in voor avontuurlijke muziek dan valt het aan te raden om de albums een luisterbeurt te geven bij je lokale cd-boer. Van Dyke Parks is een artiest wiens muziek eigenlijk niet in woorden valt uit te drukken. Deze meesterwerken van de moderne Westerse popmuziek moet je als muziekliefhebber minstens eenmaal in je leven meegemaakt hebben.