Klagende gemeenten nog niet naar zoutloket

Veel gemeenten die klagen over een tekort aan strooizout hebben zich nog niet gemeld bij het zoutloket in hun regio. Dat zeggen Rijkswaterstaat en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten in de Volkskrant. De gemeenten beschuldigen Rijkswaterstaat van het inpikken van het zout, maar volgens Rijkswaterstaat zijn ze zelf verantwoordelijk voor hun inkoop.

De zoutloketten fungeren als een soort zoutverdelingsstations in geval van een landelijk zouttekort. Gemeenten kunnen dan meeliften bij de inkoop van zout door Rijkswaterstaat, dat zelf voorlopig nog voldoende zout heeft. Deze winter is tot nu toe zo'n negentig ton zout gestrooid door Rijkswaterstaat. Vorig jaar eindigde de teller op 191 ton zout.

De zoutloketten zijn nog niet 'actief', maar veel gemeenten zeggen wel hard door hun voorraad te gaan. Nieuw zout zou niet te krijgen zijn omdat Rijkswaterstaat alles gebruikt om op de snelwegen te strooien. Volgens Rijkswaterstaat is dat onzin, omdat gemeenten hun eigen voorraad moeten inkopen.

Daarin schuilt volgens Akzo Nobel het probleem. In het AD zegt de zoutleverancier dat gemeenten nauwelijks meer zout in hebben gekocht dan vorig jaar. De aanhoudende sneeuw zorgde toen voor flinke zouttekorten, waarna de zoutloketten ook in werking moesten treden.

Veel gemeenten zijn volgens Akzo Nobel nu al over de helft van hun voorraad. Daar kunnen ze overigens niet vrij over beschikken. Ze reserveren een hoeveelheid zout en kunnen daar steeds een deel van opvragen. Inmiddels wordt er in rantsoenen geleverd. Gemeenten die te weinig hebben gereserveerd moeten achteraan in de rij aansluiten.