Dazen met Dijkshoorn
Goed, dat ik het metier van hiphoprecensent enkele maanden geleden definitief vaarwel heb gezegd, steek ik niet onder stoelen of banken. De scene, zoals de industrie nog weleens bombastisch benoemd wordt, heeft de laatste tijd te maken met een hardnekkige overwoekering van tenenkrommend quasithuglife-schimmel, waarmee je op TMF en bovenal de zogenaamde urbanparty’s wordt doodgegooid: het argument voor mijn afscheid van die wereld. Het is alleen jammer dat de heer Dijkshoorn, het obscure en autistische vakantiehulpje van Geenstijl, deze ontwikkeling misbruikt om een heel genre over een kam te scheren.
Allereerst moet ik eerlijk zeggen dat ik Dijkshoorn ontzaggelijk benijd, de onvolprezen scribent had klaarblijkelijk de allergrootste eer om twee weken geleden een reünieoptreden van Opgezwolle bij te wonen: een onderonsje dat voor iedereen geheim is gebleven - totdat onze Nederlandse pastiche van Louis Ferdinand Celine het onthulde. De Zwolse formatie is namelijk al enkele maanden uit elkaar, maar toch heeft Nicootje, waarschijnlijk voor zijn grote verdienste voor de Nederlandse linguïstiek, het voor elkaar gekregen om beatmaker Delic te laten wederkeren van zijn wereldreis opdat onze grote vriend, Nico Dijkshoorn, voer zou krijgen voor zijn omstandige en malicieuze beschrijving van de Nederlandse hiphop.
Chapeau, Nico.
Het spijt me bijna dat ik onze Dijkshoorn wakker moet kussen uit zijn doornroosjeslaap met de bittere smaak van de tijdsgeest. Kennelijk herleeft deze zelfbenoemde grand seigneur zijn adolescentie door de komkommertijd op te vullen met populistische beuzelpraat over een wereld waar hij geen weet van heeft. Want de Nederlandse hiphop heeft wel degelijk een ontwikkeling doorgemaakt, er zijn zelfs, net als in Amerika, verschillende segmenten ontstaan, er is een duidelijk onderscheid tussen pseudogangsterrap en muzikale kunstenaars - zo wil ik ze wel noemen -, die hun bij tijd en wijle intelligente boodschappen draperen over alleraardigste beats.
Gaarne verwijs ik onze geborneerde demagoog naar de familie De Randamie of bijvoorbeeld naar een Jiggy Dje , mensen met apert meer historisch besef, en een groter intellectuele bagage dan beroepspaljas Dijkshoorn. De Nederlandse hiphop heeft zelfs, ongelogen, een underground scene, deze bestaat uit mensen die zestien bars aan elkaar rijmen omdat ze simpelweg liefhebbers zijn van de muziek. Deze mensen schuwen zelfs de commercie en doen het louter om te sublimeren. Lees het verhaal van DuvelDuvel erop na.
Ja, Dijkshoorn, die mensen bestaan ook.
Nu kan ik niet verloochen dat er wel degelijk drommen lieden zijn die de hiphop misbruiken om een gefingeerd gangsterleven in beeld te brengen, en als ze met veel aplomb voor de camera’s van TMF verschijnen, met die scheve petjes waaraan jij refereert en die veel te wijde broeken, zijn die zestienjarige vmbo’ers ook wel ontvankelijk voor hun boodschappen. Maar jij toch niet, Nico! Jij ben toch intussen op een leeftijd waarop je niet voetstoots alles moet aannemen van de teevee, ook al maakt het nog zo’n verpletterende indruk op je?
Die kadetjes, MC alotlutser, heb je die zelf verzonnen? Of was dat een ingeving van je familie en vrienden, nadat jullie tezamen SBS shownieuws hadden gekeken, jouw big moment of fame omdat je die gemankeerde en weerloze troubadour van een Towers had beledigd? Ik dacht trouwens dat alleen geesteszieken vrijwillig naar SBS keken, dat stelt me toch enigszins teleur van een zichzelf bijzonder serieus nemende columnist als jij bent. Rest mij niets anders nog dan je ongeveinsd van harte te feliciteren met je sympathie voor het werk van Vieze Fur. Deze man staat ook hoog bij mij in het aanzien. Weet je waarom, in een spelprogramma wist hij als een van de enige wat het woord misantroop betekende. Het zijn de gevoelens die mij bekruipen bij het lezen van jouw schrijfsels.