Doodshoofdvlinder op twee plaatsen gespot
De doodshoofdvlinder is weer in Nederland. De trekvlinder wordt jaarlijks vijf tot tien keer gezien. Eind juli werd in Houten een rups gemeld en vorige week zondag een stervende vlinder in Volendam. De komende weken zijn meer waarnemingen te verwachten, meldt de Vlinderstichting maandag.
De doodshoofdvlinder heeft vlekken in de vorm van een schedel op zijn borststuk. De dieren komen uit Zuid-Europa maar planten zich soms voort in Nederland, bijvoorbeeld in aardappelvelden en volkstuinen. De rups verpopt zich in de grond in een losse cocon. De nakomelingen die vanaf augustus uitkomen, vertrekken uiterlijk in oktober. Nederland is in de winter te koud voor ze.
De insecten worden vooral dood gevonden. Imkers treffen regelmatig gemummificeerde doodshoofdvlinders - Acherontia atropos - aan in bijenkasten. Ze kunnen in bijennesten wel honing tot zich nemen zonder door bijen gedood te worden, omdat het dier precies tussen twee raten past en de bijen de kwetsbare buik daardoor niet kunnen bereiken. In bijenkasten worden ze vaak wel gedood, omdat de raten daarin verder uit elkaar staan.
Doodshoofdvlinder (Foto: Novum)
