Column: Barrichello's dagboek
Vrijdag:
Komend weekend is de Grand Prix van Italië, en ik heb er echt een goed gevoel over. Gister heeft Michael aan de pers bekend gemaakt dat hij alles zal doen om me te helpen tweede te worden in het kampioenschap. Dat toont wel weer wat een fantastische vriend het is en wat een geweldig team we vormen. Hoe mooi zal het zijn om met Michaels hulp te winnen voor de tifosi? Hoe kan er nou iemand twijfelen of het juist van me was om bij Ferrari te blijven? Het team staat achter degene die na de eerste paar races de beste kans heeft op de titel. Dit jaar was dat Michael (alweer), dus help ik hem. Maar misschien sta ik volgend jaar wel vooraan na een paar races en dan zal hij mij helpen kampioen te worden. Zo werkt dat nu eenmaal bij ons.
Vannacht trouwens weer die droom gehad waarin ik Ayrton zie, die zich maar om blijft draaien en om blijft draaien. Volgens Sylvana betekenen terugkerende dromen altijd iets. Ik vraag me af wat deze droom zou betekenen.
Zaterdag:
Vandaag de critici die beweren dat ik langzamer ben dan Michael hopelijk voorgoed de mond gesnoerd. Ik was een volle halve seconde sneller dan meneer de onverslaanbare wereldkampioen. En volgens Ross heb ik nog de betere strategie ook. Ik verbaasde me er enorm over, en heb nog nagevraagd of hij echt zeker weet dat een eerste pit stop na vijf ronden wel goed is. Hij is het tactische genie, en heeft me verzekerd dat dit verreweg de beste optie was voor ons team. Ik kan niet wachten.
Ook nog even aan Jean gevraagd waarom hij tegen de pers gezegd heeft dat Kimi een goede opvolger voor Schumacher zou zijn. Ze hebben mij immers beloofd dat ik dan Michaels status zou kunnen krijgen. Jean bevestigde nog eens dat ik inderdaad die status zou kunnen krijgen. Daarna mompelde hij nog iets in het Frans, maar ik zou niet weten wat “quand il gčle dans l'enfer” betekent. Hij gebruikt die woorden ook altijd als Fisichella weer eens vraagt of er bij Ferrari ooit plek voor hem zal zijn. Zal het toch eens aan Panis moeten vragen.
Zondag:
Ross had helemaal gelijk! Na twee ronden had ik al bijna tien seconden voorsprong op de rest van het veld. Zo dominant is Michael nog nooit geweest. Jammer dat daarna de baan opdroogde en de rest weer dichterbij kon komen. Halverwege ronde drie zag Ross al op het scherm met tijden dat Alonso sneller was dan ik, en riep toen meteen dat ze m’n strategie gingen omgooien en zo snel mogelijk wilden binnenhalen. Helaas hebben de jongens in de pits natuurlijk altijd even nodig om alles door te rekenen en klaar te zetten, maar dat hebben ze heel snel gedaan. Aan het eind van ronde vijf kon ik al naar binnen. Toen was ik ondertussen wel al de leiding kwijt en viel ik ver terug. Maar ik heb de hele race voluit gereden en dankzij mijn talent en het tactische genius van Ross ben ik uiteindelijk Button, in een auto die iets van een seconde per ronde langzamer is dan mijn F2004, nipt voor gebleven. En zelfs Michael die na zijn spin van achteraan het veld iedereen heeft ingehaald kon alleen mij niet voorbij. Wereldrace, al zeg ik het zelf. Wel vreemd dat mijn vrienden en familie nog niet gebeld hebben om me te feliciteren met de mooiste overwinning van mijn leven.
Maandag:
Vanochtend dan toch gebeld met felicitaties. Het bleek dat de regie van de race zo beroerd was dat niemand enig idee had wat er allemaal aan de hand was, en dat ze vanochtend eerst even in de krant hebben moeten kijken wat de uitslag was. Gek, de regisseur heeft zaterdag de hele avond champagne met ons mee gedronken om mijn mooie pole position te vieren, en het leek me een hele geschikte man met verstand van zaken… Nou ja, we rijden dan ook erg snel op Monza, en ik snap best dat het moeilijk is om twee auto’s in beeld te houden terwijl ze aan het vechten zijn voor een positie.
Ach, misschien is het maar beter ook als Rubens dat kleine slotje goed dicht houdt.