allochtonen krijgen baan in thuiszorg
Turkse en Marokkaanse vrouwen die familieleden verzorgen, komen na de zomer in dienst van Thuiszorg Amsterdam. Zij krijgen een contract met een normaal salaris, arbeidsvoorwaarden en mogelijkheden voor opleidingen. Bedoeling is dat de nieuwe medewerksters ook andere Amsterdammers gaan helpen, waardoor de wachtlijst afneemt.
Thuiszorg Amsterdam begint in het najaar met twaalf allochtone vrouwen en na een paar maanden met nog eens twaalf. In de groepen wordt nauwgezet bekeken wat ze nodig hebben om hun werk zo gemakkelijk mogelijk te maken en het eventueel te kunnen uitbreiden, zoals bijvoorbeeld kinderopvang.
De Amsterdamse thuiszorg, waarin circa vierduizend mensen werken, kan op dit moment 150 nieuwe krachten gebruiken. Weliswaar is er nauwelijks een wachtlijst voor verpleeghulp, maar die is er wel voor kortdurende handelingen bij hulpbehoevenden thuis, zoals het omdraaien in bed om doorliggen tegen te gaan, en de juiste pillendoseringen. De meeste mensen, nu tientallen, wachten echter op huishoudelijke hulp.
Vorig jaar besloot de organisatie al met cursussen Ghanezen in Zuidoost te werven voor hulp aan bejaarde mensen in Zuid. Ziekenhuizen ontslaan patiënten eerder dan vroeger, verpleeghuizen hebben lange wachtlijsten en in de leemte daartussen is steeds meer behoefte aan thuiszorg. Door voornamelijk een tekort aan personeel is daarin nauwelijks te voorzien.
Veertig procent van het thuiszorgpersoneel is Surinaams of Antilliaans, waar Amsterdam ook veel Marokkanen en Turken telt. Hun kinderen nemen op den duur de mantelzorg op zich. Dat wordt dus nu een betaalde baan. Het project heeft de instemming van de Landelijke Vereniging voor Thuiszorg.
Thuiszorg Amsterdam lanceerde onlangs nog een opmerkelijk initiatief. Personeel uit West dat zich onveilig voelt, wordt voortaan door oudere Marokkaanse mannen naar klanten gebracht en opgehaald. Bedreigende situaties zorgden ervoor dat verpleegkundigen en verzorgenden minder in West wilden werken.
