Nachtritten: Sexy lading (7)

Nachtritten: Sexy lading deel 6

Sjaak keek verbijsterd naar de tekst in het scherm van Patricia’s telefoon.
‘Ja, het staat er. Is Giovanni erbij betrokken, Sjaak?’
‘Ik weet net zoveel als jij. Waarom zou Giovanni erbij betrokken zijn?’
‘Ze was oprecht bang voor hem. Ze wilde al maanden niet meer naar hem toe, maar hij dwong haar op een of andere manier.’ Ze zag Sjaak naar haar benen kijken. ‘Sorry, ik kom net van een klant die wil dat ik de beroemde scene van Basic Instinct naspeel, nu al drie donderdagen achter elkaar.’
‘Ach zo. Het is inderdaad een beetje lastig ja, je bent natuurlijk een heel mooie vrouw.’
‘Dank je Sjaak, maar denk nu niet dat ik langzaam mijn benen over elkaar sla.’
Ze konden er om lachen. Ze gebruikte haar lange jas als extra kledingstuk voor haar benen. Het was niet haar bedoeling hem te verleiden, hoewel ze hem wel aantrekkelijk vond.
Sjaak was wat rustiger geworden.
‘Ik ga naar München.’ Hij klonk vastberaden.
‘Ik zou de politie hier laten weten dat je gaat en ik zou ze verder inlichten over dat sms’je.’
‘Kom, dan rijden we samen naar het bureau, dan kun je het sms’je ook daadwerkelijk laten zien.’

Haar steile, blonde haren gingen alle kanten, het waaide hard. Ze kneep haar diepbruine ogen tegen de wind.
‘Mijn lenzen.’ Ze pakte de arm van Sjaak, hij begeleidde haar naar zijn taxi. Nu merkte hij pas hoe groot ze was.
‘Eén meter tachtig lang, schat ik?’ Vroeg Sjaak.
‘Eén achtenzeventig, Sjaak. En dan nog van die hoge hakken, dan lijk ik op een reuzin, ja.’

‘Max van Schie.’ Hij stak zijn hand uit naar Patricia en nam haar uitvoerig in zich op.
‘Patricia van der Meer.’
‘Ze heeft een sms gehad van Vick. ‘Het gaat goed met mij’, schrijft ze. Ik snap er geen reet meer van. Ik ga naar München, naar het Eurostars Grand Central Hotel om precies te zijn’, zei Sjaak opgewonden.
‘Wacht even, Sjaak. Ik heb mij verdiept in de clan Colombo. Ze hebben hoofdkwartier in München. Dat wil niet zeggen dat ze daar blijft als hij haar heeft. Ik zal de Duitse politie inlichten en melden dat er mogelijk iemand tegen haar wil vastgehouden wordt. Je hoort morgen meer van mij.’

Een dag later belde Max bij Sjaak aan. Hij zag dat Patricia van der Meer er ook weer was. Hij vroeg zich terecht af of zij vannacht gebleven was.
‘De informatie die ik voor je heb, is niet echt bemoedigend. De Duitse politie heeft op mijn verzoek een bezoek gebracht aan de hotelkamers van Giovanni Colombo. Ze mochten binnenkomen. Een uiterst vriendelijke Giovanni Colombo stond hen te woord. Vicky van Straatten zat rustig op de bank tv te kijken. Hij had er geen probleem mee dat de Duitse politie haar kort ondervroeg. Ze gaf aan dat ze het naar haar zin had en dat ze gekozen had.’
‘Gekozen had!’, schreeuwde Sjaak. Hij probeerde zijn vloeken weg te slikken.
Patricia troostte hem door haar hand in zijn nek te leggen en zacht te masseren. Sjaak keek haar aan. Max wist nu dat ze gebleven was. Het viel Max ook op dat ze bijzonder knap was, een frisse mooie en intelligente uitstraling, hij had er een zwak voor. Max voelde dat een professionele houding steeds moeilijker werd. Hij wilde haar niet te lang aankijken, ze was echt bloedstollend mooi deze dag.
‘Hoe kan ze nu gekozen hebben? Ik snap er geen ene moer van. Zo liggen we dagenlang de liefde te bedrijven en zo heeft ze gekozen, na ontvoerd te zijn.’
‘Klopt ook niet Sjaak’, zei Max. ‘Er is iets met haar gedaan waardoor ze wellicht geen sterke mening of eigen wil heeft. De politie daar vond haar wat wazig uit haar ogen kijken, alsof ze gehuild had. Ze konden haar niet meenemen omdat ze aangaf dat ze niet tegen haar wil bij Giovanni was. Vanochtend zijn Giovanni en Vicky vertrokken naar Palermo, Sicilië. Daar kunnen we ze bijna niet in de gaten houden omdat de maffia daar groter is dan de politiemacht. Wanneer zij vol blijft houden niet tegen haar wil bij hem te zijn, kan geen politie op de hele wereld iets doen. Het houdt op, Sjaak. Gelukkig heb je veel steun van je vriendin.’ Sjaak keek snel naar Patricia, toen naar Max.
‘Een vriendin ja, klopt. Sorry, ik  denk overal wat achter op dit moment.’ Sjaak dacht dat hij het sarcastisch bedoelde. En toch kreeg Max zijn informatie door de nonverbale uitdrukkingen van hen beiden. Het zou bepalend zijn, zo vond Max, om zich te blijven inzetten Vicky terug te krijgen. Hij zou alles in het werk stellen om haar terug te krijgen naar Nederland.

De volgende dag reed Max nog even langs Sjaak om nog wat aanvullende informatie te krijgen voor zijn zaak. Patricia deed paniekerig open.
‘Wat?’
‘Hij is weg, gewoon weg. Zo een stom briefje, dat is alles wat hij achter heeft gelaten.’ Max las het briefje hardop voor.
‘Ik ben naar Sicilië. Ik zie daar wel. Als ik per ongeluk sterf dan sterf ik dicht bij haar.
Sjaak’.
‘Verdomme, die gozer weet dus echt niet waar hij aan begint. Nog voor hij het vliegtuig uit stapt, is hij dood. Kon je hem niet tegenhouden?’
‘Zeg, ik sliep op de bank, hij heeft zijn eigen bed. Ik zou hem tegengehouden hebben als ik hem gehoord had.’
Max pakte zijn mobiel.
‘Centrale, geef mij de marechaussee op Schiphol eens.’
Hij werd in de wacht gezet. Ondertussen inspecteerde hij de boekenkast op zoek naar foto’s en meer informatie over Sjaak.  Hij vond een identiteitskaart. ‘Meneer van Schie, de persoon die u zonet noemde, vertrekt in ieder geval niet van Schiphol.’
‘Zou die met de auto gaan, of van Rotterdam Airport?’
‘Rotterdam lijkt mij sterk’, zei Patricia.
‘Hij heeft een tracker in zijn wagen.’
‘Een wat?’, vroeg Patricia.
‘Een GPS-tracker. Dat hebben bijna alle taxichauffeurs tegenwoordig, mochten ze ontvoerd worden of erger. Met zo een ding weten ze je altijd te vinden. Ik bel het bureau wel even.’
 Ze hadden beet. Sjaak had zijn GPS-tracker aanstaan in zijn auto. Toen Max en Patricia door zijn gang liepen, zagen ze ook het bord liggen dat normaal boven op de taxi gemonteerd stond. Max had zijn mobiel nog steeds aan zijn oor. De centrale gaf door dat hij Nederland net uit was en richting München reed en hij zou waarschijnlijk snel doorrijden naar het zuiden van Italië.

Sjaak had twee dagen doorgereden en maar enkele uren in zijn auto geslapen. Max had het vliegtuig genomen. Patricia wilde mee, maar dat vond Max geen goed idee. Hij wist hoe hard het er aan toe zou kunnen gaan. Niet alleen politie heeft apparatuur om een bepaald GPS-signaal te volgen, dat heeft een beetje crimineel tegenwoordig ook. Sjaak was er bijna, hij wilde de boot naar Sicilië nemen. Nog een kleine vijftig kilometer.

‘Jij bent mijn grootste liefde dat weet je, hè’, zei Giovanni tegen Vicky.
Ze keek opzij met dode ogen.
‘Als je zou weten wat liefde is, dan zou ik je grootste liefde nooit kunnen zijn. Je bent mijn grootste nachtmerrie, dat wel. Ik ben hetzelfde als een plastic pop voor jou. Je doet wat je wilt met mij. Je ziet mij niet als mens, laat staan als vrouw.’ Hij lachte schaapachtig. Een lange, slanke Italiaan van één meter vijfentachtig. Zijn zwarte krullen vielen op zijn schouders. Zijn  ogen hadden iets waanzinnigs. Hij was een knappe man om te zien, altijd in het wit gekleed. ’De duivel in het wit’, zo noemde hij zich graag.
‘Je bent vrijwillig bij mij, ik betaal je per uur. Je loopt binnen mens! Wat doe je moeilijk?’
‘Heb ik een keus, klootzak?’ Hij lachte hard nu.
‘Nee, niet echt. Maar weet dat ik dus wel oprecht om je geef, misschien begrijp je mijn liefde niet. Maar dat komt nog, we zullen lang genoeg bij elkaar zijn.’
Brasio, de broer van Giovanni kwam binnen.

Een prachtige villa even buiten Palermo. Een villa die was van Joseph Profaci, de eerste ‘baas’ van de Colombo familie. Giovanni was slechts een verre afstammeling van hem. Hij bezat een abnormale verering voor Joseph.
‘Hij is met de auto hierheen gereden, vanuit Nederland’, zei Brasio.
‘Alleen?’
‘Ja, voor zover ik kan nagaan wel.’
‘Wat jij nagaat, bleek nogal eens fout te zijn, hè Brasio?’,zei Giovanni sarcastisch. Vicky zag een pistool op de tafel liggen, ze deed net alsof ze het niet opmerkte. Toen Brasio en Giovanni even met de rug naar haar toe stonden, pakte zij het pistool en trok de haan naar achteren. De mannen hoorden de klik en draaiden zich in een flits om.
‘Geen beweging, verdomme, geen beweging!’, schreeuwde ze.
Brasio deed voorzichtig zijn rechterhand in zijn colbert. Hij trok zijn wapen, er viel vrijwel direct een schot.