Het nutteloze feitje van de dag: Cocaïne uit Amsterdam

Nutteloze feitjes, ze zullen je leven niet drastisch veranderen maar ze zijn wel altijd leuk om te weten. Dus voortaan voor jullie, elke dag een nutteloos feitje om de dag mee door te komen.

Cocaïne en Amsterdam zijn tegenwoordig onlosmakelijk met elkaar verbonden, maar dezer dagen wordt het goedje niet grootschalig hier geproduceerd. Want wist je dat dat een eeuw geleden wel anders was? Destijds was de Nederlandsche Cocaïnefabriek (NCF) in Amsterdam wereldwijd marktleider en werd 20% van alle cocaïne ter wereld in onze hoofdstad geproduceerd.

In 1887 werd de coca plant vanuit Zuid-Amerika naar Nederlands Indië gehaald en werden er diverse plantages mee ingericht. Aanvankelijk ging de oogst naar Duitsland, maar al snel zagen de Nederlanders zelf brood in het verwerken van de bladeren, dus werd in 1900 de NCF opgericht. Tijdens de Eerste wereldoorlog profiteerde de fabriek van de neutrale status van Nederland en de uitschakeling van enkele Duitse concurrenten.

Vanaf 1928 mocht cocaïne alleen nog maar voor medicinale doeleinden geproduceerd worden, maar aangezien het product nog vrijelijk geëxporteerd mocht worden had de NCF weinig last van die maatregel. In de tijd na de tweede wereldoorlog werd er alleen nog maar geproduceerd voor medische doeleinden en in de jaren 70 ging de NCF op in AKZO en verdween 'cocaïne' uit de bedrijfsnaam van de fabriek omdat het woord inmiddels een beladen term was geworden.