Chronisch zielige patiënten

Francesca

Hamid is een Rotterdammer van Marokkaanse afkomst en chronisch psychiatrisch patiënt bovendien. Hij is al jaren onder behandeling bij het RIAGG Rijnmond Noord West waar hij een zeer goede therapeut trof, dokter Jansen.
Dokter Jansen betitelt zijn patiënten niet als chronisch ziek, nee, dat vindt hij een véél te zware benaming, chronisch zielig zijn ze, met de nadruk op zielig, dat klinkt toch beter?
In de ogen van dokter Jansen is Hamid zelfs extra zielig. Hamid kampt niet alleen met heftige stemmingswisselingen, maar ook met heimwee naar zijn geboorteland. Dit laatste is niet erg bevorderlijk voor zijn genezingsproces.
Hamid gebruikt al geruime tijd medicijnen. Zijn dagelijkse dosis werd door dokter Jansen nauwkeurig bepaald. Hamid reageert daar goed op; sloeg hij vroeger thuis regelmatig zijn huisraad kort en klein en was de hele buurt doodsbenauwd voor hem, tegenwoordig is Hamid de vriendelijkheid zelve.
Daarom kreeg Hamid toestemming om op vakantie te gaan. Hij wilde heel graag naar zijn geboorteland, Marokko. Daar aangekomen, logeerde Hamid in het huis van zijn zeer gerespecteerde grootvader en werd liefdevol verwelkomd door zijn uitgebreide familie. Toen Hamid echter zijn koffer begon uit te pakken, schrok de familie zich een ongeluk. Behalve kleding en cadeautjes, kwamen ook de pillen van Hamid tevoorschijn.
Wat was dat nu, was Hamid ziek? Daar klopte niets van: zie hem daar eens lachen en plezier hebben. Hamid was weer thuis, bij zijn familie. Grootvader besliste: in Marokko had Hamid geen pillen nodig. Hamid gehoorzaamde zijn grootvader onmiddellijk en gooide al zijn pillen in de vuilniszak.
Helaas, afkicken viel niet mee. Ook de emoties betreffende het weerzien met zijn uitgebreide familie werden hem teveel, hij dreigde nu helemaal af te glijden.
Totaal ondersteboven zocht hij zijn heil bij de plaatselijke arts. Die man was echter niet te vergelijken met dokter Jansen en wist zich geen raad met Hamid. Maar wél met de rekening, een peperdure, het was immers vakantietijd. Dat was de druppel voor Hamid: zijn latent aanwezige agressie vlamde weer hevig op en de gevolgen laten zich raden.

Deze verhalen, over vakanties vol ellende, kwamen Jos Lamé, RIAGG-directeur, ter ore. Om die reden startte hij een geheel nieuw project op: een mobiel hulpteam dat spreekuur zou gaan houden in een paar grote steden. Geen Nederlandse, maar Marokkaanse steden als Rabat, Casablanca en Tanger werden daarvoor geschikt geacht.
Met het nieuwe project wilde het RIAGG ter plekke gaan bekijken hoe zij de hulp aan hun allochtone clientèle die in hun geboorteland in psychische nood geraken, zou kunnen uitbreiden.
Jos Lamé gelooft namelijk in internationalisering van de zorg, in zijn ogen zelfs onontkoombaar en daarom een goede ontwikkeling. Het noemt het kostenbesparend bovendien. In voorbije jaren vormden zich immers traditiegetrouw lange wachtlijsten van teruggekeerde vakantiegangers bij het RIAGG, waaronder een hoog aantal allochtone cliënten. Deze groep had te kampen gekregen met problemen zoals die van Hamid en keerden terug met een fikse verergering van hun oude klachten of hadden last gekregen van nieuwe. Het nieuwe project zou dit kunnen voorkomen.

Het project van de Rotterdamse RIAGG begon vorig jaar voor het eerst. In de vakantieperiode reisden twee medewerkers af naar Marokko, voorzien van een rugzak, een paar stevige wandelschoenen en een auto met vierwielaandrijving, wel zo handig in het Rifgebergte.
Deze twee hulpverleners, een maatschappelijk werker en een psychiatrisch verpleegkundige, beiden van Marokkaanse afkomst, begonnen welgemoed aan hun missie. Ze reisden dan wel af naar het thuisland, maar hun eigen vakantie schoot er deerlijk bij in. De Rotterdamse allochtone clientèle bestaat uit honderdvijftig tot tweehonderd mensen. En ook andere Marokkanen op vakantie mochten in geval van nood aanspraak komen maken op hulp of behandeling. Voor de twee hulpverleners moet het dus flink aanpoten geweest zijn: van een wachtlijst kon immers geen sprake zijn.

Jos Lamé noemt dit project zeer geslaagd, want de hulpverleners keerden bruinverbrand en vol verhalen terug in Nederland en overhandigden hem een keurig rapport met daarin al hun werkzaamheden keurig beschreven. Dit rapport ligt nu in handen van de verzekeraars, zij moeten immers goedkeuring schenken aan dit vooruitstrevende plan.
Volgens Jos Lamé zal die beslissing niet lang meer op zich laten wachten. Hij weet ook dat geld daarbij zeker geen rol zal spelen, want dat valt op te maken uit zijn uitspraak in de Volkskrant: er wordt nu al voor vele miljoenen aan Nederlandse zorg geboden in het buitenland, van operaties in de meest exotische oorden tot en met thuiszorg voor bejaarde Nederlanders die naar Spanje zijn vertrokken.

Zodra de zorgverzekeraars groen licht hebben gegeven, moet dit een bijzonder bittere pil zijn voor alle gedupeerden van de nieuwe regeling voor zittend ziekenvervoer. Deze regeling ging ironisch genoeg nèt voor de vakantieperiode in, op 1 juni om precies te zijn.
De chronisch zieken en gehandicapten die niet voldoen aan een hardheidsclausule (5 maanden aaneengesloten vervoer, 2 maal per week en minimaal 25 km openbaar vervoer of 1 uur eigen vervoer) moeten voortaan zelf voor hun vervoer zorgen. Helaas, openbaar vervoer is voor hen onbetaalbaar geworden en ook ontbreekt het velen aan een mantelzorger.
Deze mensen willen dolgraag hun therapie voortzetten, maar zitten nu noodgedwongen thuis en worden almaar zieker. Voor hen geen uitjes meer en aan een vakantie valt helemaal niet meer te denken.
Maar dacht je nu dat de academische ziekenhuizen of gespecialiseerde centra de noodklok luidden en een speciaal team naar hun clientèle lieten afreizen? Ben je helemaal, dat is véél te duur, zeker in de vakantieperiode!