Game of the Year 2015 - Nummer 4

Metal Gear Solid V: The Phantom Pain is de kers op de taart die Metal Gear heet. Hideo Kojima heeft de tent bij Konami inmiddels verlaten en heeft alweer een nieuwe werkgever (Sony), maar wist dit jaar met TPP een overtreffende trap binnen het stealth-genre achter te laten.

Het was Ground Zeroes die begin 2014 al uitkwam en een voorproefje liet zien van de trucjes die Kojima en co met de indrukwekkende FOX-engine konden uitvoeren. Het zijn dan ook de graphics en de soepele gameplay waar de game veel punten scoort. Qua verhaal is het allemaal wat warrig als je geen MGS-hippie bent (en zelfs als je dat wel bent), maar de cutscenes zijn weer erg vermakelijk om naar te kijken. Overigens is er aardig bespaard op tussenfilmpjes vergeleken met vorige delen.

Metal Gear Solid V excelleert waar het zou moeten excelleren; in de stealth gameplay. Je kunt de game ook wel als een shooter spelen, of op een soort Just Cause 3 manier waarbij je alles met grof geweld sloopt wat op je pad komt, maar je maakt het jezelf daarmee onnodig moeilijk en het voelt niet als de juiste benadering. Zodra je echter een extreem goed beveiligde basis moet binnensneaken wordt de game goed spannend. Het geeft heel veel voldoening als je na 20 zenuwslopende minuten bij een succesvolle missie een basis ongezien kunt verlaten richting je pick-up chopper terwijl de beveiliging zich nog achter de oren krabt waarom er her en der bewusteloze soldaten verspreid liggen.

Het mag dan een stealth-game zijn, er is niet bespaard op de aandacht aan wapentuig. Je hebt een belachelijk groot arsenaal tot je beschikking met vele customization-opties en daarnaast is de bediening van wapens een waar genot. Je begint zoals gewoonlijk met wat onnauwkeurige wapens met hoge terugslag, maar zelfs die voelen uiterst solide aan in de hantering. De feedback van vijanden wanneer ze geraakt worden door kogels verdient daarnaast een pluim. Vaak genoeg zie je in moderne shooters een achterhaald fenomeen terugkomen dat AI niet reageert op de inslag van stukken lood in het schedel maar gewoon stoïcijns op je blijft schieten. Dit is een klein gameplay-detail dat voor mij persoonlijk zwaar weegt en wederom excelleert MGS V hierin.

Gelukkig hoeft Big Boss het niet allemaal alleen te doen. Op je thuisbasis Mother Base ontwikkelt zich een privélegertje, de Diamond Dogs. Dit zijn grotendeels eigenhandig geselecteerde strijdkrachten uit het slagveld met behulp van de befaamde fulton-parachutes. Op Mother Base zijn deze lieden in te zetten op allerhande verschillende afdelingen, zoals R&D, support of medic. Dit stukje base-development is een heel groot aspect in de game maar het is niet echt verplicht om je erin te verdiepen of veel mee bezig te houden.

Er zijn daarnaast ook nog buddies. Dit zijn bondgenoten die je bijstaan in je een extra edge geven in confrontaties. Zo heb je bijvoorbeeld DD (Diamond Dog), een hond die vijanden kan opsporen en zodoende markeren op de map of vijanden met geblaf kan afleiden, D-horse, je trouwe knol waarmee je snel van A naar B kan en die tevens kan schijten op commando, en natuurlijk hebben we nog Quiet. Quiet wordt ge-mo-capped door Neerlandsch Japanner en schoonheid Stefanie Joosten. Kojima kreeg veel shit over zich heen toen hij vol trots vertelde hoe weinig kleding Quiet altijd aan heeft en toen hij een DLC-bonus in de vorm van een Quiet-poppetje met kneedbare tieten aankondigde.  Stefanie zelf boeit 't allemaal vrij weinig in ieder geval.

The Phantom Pain is niet zonder minpunten. De locaties waarin de game zich afspeelt (Zaïre en Afghanistan) zijn prachtig, maar worden tot in den treure gerecycled. Er zijn 157 side ops/zijmissies die allemaal op elkaar lijken en op dezelfde plekken afspelen. De missies hebben wel verschillende categorieën maar het is niet aan te raden om urenlang side ops te gaan 'grinden'. Daar moet wel bij gezegd worden dat de sterkte hem zit in de veelvuldigheid aan benaderingen die je kunt overwegen bij het veroveren van een basis. Dit is best vergelijkbaar met Far Cry 3 en 4, waarbij je ook voortdurend basissen aan het veroveren bent en dit op talloze verschillende manieren kunt doen. In MGS V heb je dan wel geen olifant, je kunt wel kiezen om de basis binnen te sneaken, of vanaf een afstandje bombarderen met mortiers of iedereen neerhalen met een sniper.

MGS V zet een nieuwe standaard in het spionage-stealthgenre en is tegelijk een steengoede shooter. Wel zijn er een paar valkuilen die je aandacht kunnen doen inzakken, zoals het herhalende karakter van veel Side Ops en het vele hergebruik van gebieden. Niettemin een zeer verdiende plek in de GOTY top 10.