CD: The Rhythm Junks - Virus B-23

Jerre (Jerruh)
De eerste CD van deze Belgische band is volgens de bandleden zelf een gepeperde mix van Blue Music die alleen in België gebrouwd kan worden. Wat dat Belgische brouwsel op gaat leveren, zal ik zo direct wel horen, maar de informatie op de website belooft wat:

"When Steven (harmonica & vocals) and Jan Ieven (bass) of the well-known Belgian roots band El Fish teamed up with supergroover Tony Gyselinck (drums) for a theaterplay, they had so much fun during the soundchecks that they decided to form a new band. Instead of adding a chord instrument, they searched for four crazy hornplayers to create their rather unique and infectious band sound".

Het woord "infectuous" slaat op de titel van de CD, Virus B-23, een virus dat heel besmettelijk is en zorgt voor koorts en ernstige ziekteverschijnselen, behalve voor junks. De junks van deze band willen juist dat je besmet raakt met hun virus. Ik moet je eerlijk zeggen dat dat bij mij niet echt is gebeurd.

Een paar zinnen geleden sprak ik over een Belgisch mixje van de smaken van de bandleden. Ze weten dat op de CD goed voor elkaar te krijgen. Jazzy funk, zoals in de nummers Power To Reality en Supergroover wordt moeiteloos afgewisseld met Mexicaans aandoende harmonicageluiden zoals in Canzoncina Per Jaco. Deze afwisseling maakt het album zeker interessant maar het is vooral pretentieus.

Behalve een variatie in muziekstijlen, wisselen instrumentale nummers ook af met stemnummers. De stemmen van de zangers (annex harmonicaspeler annex bassgitarist) Steven de Bruyn en Jan Leven klinken rauw en enthousiast, wat de vocalistische nummers een extra kleurtje geeft. De instrumentale nummers vervallen al snel in een eentonige samensmelting van blaasinstrumenten. Toch klinkt het vaak ook wel lekker ritmisch, zoals in Don’t Ever Lose That Rhythm en Saco Saco. Vooral het laatste nummer is redelijk explosief en laat de blazers eindelijk eens naar de achtergrond schuiven om met een flinke drumpartij energie in de CD te pompen.

De CD eindigt met een mooi gespeeld nummer, Salut Monique (luister door, na een paar minuten pauze komt er nog een stukje) en daarmee heb ik een CD geluisterd die ergens bewondering oproept maar ergens ook weer eentonig lijkt te zijn. De scherpe geluiden van de blaasintrumenten maken de nummers soms schel en schreeuwerig en door de variatie tussen stijlen onderling hangt de samenhang eigenlijk alleen af van de gebruikte instrumenten in plaats van de stijl van de band. Dat is best jammer. Toch kan ik niet ontkennen dat het enthousiasme van de nummers afdruipt en dat de kwaliteit van de muziek gewoon goed is. Wie van Jazzy, Bigbeat-achtige muziek houdt, kan zich helemaal vinden in deze CD. Wie niet echt bekend is, zal zich er denk ik met meer moeite doorheen moeten worstelen.