State of Decay 2

We hebben inmiddels zoveel 'zombie apocalypse'-games gehad dat we van vele ontwikkelaars hun interpretatie hebben gezien. Valve denkt dat het een schietfestijn wordt, Capcom lijkt van mening te zijn dat winkelcentra vooral het doelwit zullen zijn voor de ondoden. Microsoft en Undead Labs komen wederom met een wellicht iets realistischere interpretatie.

Leren overleven is vooral het devies in State of Decay 2. Goed, dat is niet zozeer anders dan in Left 4 Dead of Dead Rising, maar zo simpel als zoveel mogelijk zombies neerknuppelen of -schieten is het niet. In State of Decay 2 strijd je niet zozeer tegen de zombies zelf, maar ook tegen de ziekte. Dus is het belangrijk een basis te bouwen met een solide verdediging, om daar de geïnfecteerden te kunnen helpen, je voorraad op te bouwen en, mocht het nodig zijn, een offensief voor te bereiden.

Je voorraad aan onder andere voedsel, brandstof en medicijnen op peil houden is je voornaamste doel, wat dat betreft is State of Decay 2 net zoveel management als actie. Je zal constant keuzes moeten maken: zal ik dichtbij de basis blijven en daardoor relatief veilig looten, of een paar kilometer verderop om de kans op betere loot te vergroten? Zal ik die groep overlevenden verderop wat van onze voorraad geven om te voorkomen dat ze vijandig worden? Niet echt te vergelijken met een traditionele zombiegame dus.

Dat is dan ook hoe de game het beste uit de verf komt. De actie is wat klungelig, met weinig combo’s, speciale moves of wat dan ook. Er is een redelijke variatie aan wapens met zijn eigen statistieken, maar daar is alles ook wel mee gezegd. Dat hoeft overigens niet per definitie een zwakte te zijn, de combat is niet storend slecht en over het algemeen is zombies ontwijken een betere keuze dan het gevecht aangaan. Het klungelige hoort er wat dat betreft bij en heeft zelfs, net zoals bij het origineel, zijn eigen charme.

Ten opzichte van dat origineel zou State of Decay 2 het voornamelijk van twee verbeteringen moeten hebben: de toevoeging van een co-op modus, en de toevoeging van meerdere, grotere werelden. Het ene voegt werkelijk wat toe, het andere komt allesbehalve goed uit de verf, en dat is wellicht niet helemaal op de manier dat je dacht.

De speelbare wereld steekt grotendeels goed in elkaar. Er zijn voldoende basissen van verschillende groottes om je gemeenschap naar te verplaatsen en de wereld zit vol met huisjes, winkels, torens of caravans om te looten. Een goede verkenner zal enkele bijzondere plaatsen vinden zoals een militaire opslagplaats, een grote werkplaats of een afvalstortplaats. Naast een hoofdbasis kan je ook enkele buitenposten oprichten die je een dagelijkse bonus geven. Zo kan je een restaurant claimen om meer voedsel binnen te krijgen, een coffeeshop om het moraal hoog te houden, of een buitenpost die je basis een toevoer van het essentiële water of elektriciteit kan geven.

En dat betekent dus meer keuzes maken. Diezelfde keuzes zijn in je eigen basis van toepassing. Ook al heb je de grootste basis ontgrendeld, het zal nooit groot genoeg zijn om alles wat je wil erin te laten passen. Het is dus vooral zaak efficiënt met je ruimte en middelen om te gaan, gelukkig geeft de game je daarin de ruimte creatief bezig te zijn. Zo kan je bijvoorbeeld een brouwerij overnemen om de kundigheid te krijgen om voedsel om te zetten in brandstof. Met enkele boerderijtjes en kassen heb je snel een surplus aan voedsel, en produceer je dus gemakkelijk je eigen voorraad. En alles wat je over hebt valt natuurlijk te ruilen met de groep overlevenden verderop.