Super Mario Odyssey

Super Mario Odyssey is wederom een fantasierijk en ietwat gek Mario-avontuur. In dit deel staat zoals altijd speelvreugde centraal. Echter, de grote nieuwigheid is de terugkeer van open speelgebieden. Het is weer een gedurfde Mario-game vol fantastische ideeën, maar door een aantal beslissende keuzes is het helaas geen meesterwerk.

Dat Bowser weer Peach heeft ontvoerd en dat Mario haar moet redden mag geen verrassing meer genoemd worden. Dit keer is Bowser, gehuld in een strak wit pak, de trouwpartij al aan het organiseren. Hij gaat in zijn schip langs verschillende werelden om allerlei trouwerij-voorwerpen te stelen. Mario neemt de taak van wedding crasher op zich op en gaat in de achtervolging.

Hij krijgt hierbij hulp van Cappy, een grappig geestje dat zichzelf kan transformeren in verschillende hoofddeksels, inclusief de iconische rode Mario-pet. Een nieuw element is de mogelijkheid om Cappy voor je uit te gooien. Hiermee kun je vijanden verslaan of bijvoorbeeld een switch activeren. Het feit dat je Mario op allerlei manieren ook van zijn eigen pet af kan laten stuiteren om hoger op te komen voegt een hele nieuwe dimensie toe aan zijn mobiliteit. Met behulp van Cappy kun je dit keer echt ongelofelijke sprongen uitvoeren. Dit voegt zoveel toe dat het straks weer heel moeilijk wordt om een Mario-game te spelen zonder deze mogelijkheden.

Dit zijn niet eens de enige functies van Cappy. Gooi die pet bijvoorbeeld tegen een kikker aan en je wordt zelf die kikker. In kikker-vorm kun je vervolgens hele hoge sprongen maken. Gooi het tegen een Goomba en je kunt zelf de kleine knakker besturen en op andere Goombas springen om een Goomba-toren te maken. Dankzij deze gimmick (in de positieve zin van het woord) kun je dus allerlei vijanden en objecten overnemen. De game is hier ontzettend creatief mee. Naast logische keuzes zoals Bullet Bills en andere bekende Mario-vijanden kun je ook bezit nemen van tanks, potdeksels, taxi's, een T-rex en nog veel meer.

Die werelden waar je op bezoek gaat zijn het grootste verschil met de meer recente 3D Mario-delen. In plaats van lineaire levels gaat Nintendo weer terug naar open speelgebieden. Het is iets dat we niet echt meer in een Mario-game hebben gezien sinds Super Mario Sunshine in 2002. Je bent dus zo vrij als een vogeltje om rond te rennen en uitgebreid te verkennen. De werelden zelf zijn niets minder dan stapelgek. In tegenstelling tot eerdere Mario-games heeft Odyssey namelijk geen vaste esthetiek.

De stijl van de werelden springt van de hak op de tak. Sommige werelden zijn super cartoony. Zie bijvoorbeeld het Luncheon Kingdom, dat een voedsel-thema hanteert. Hier zie je onder andere levende vorken, gigantische groenten en paarse lava. Dit is totaal anders dan het semi-realistische New Donk City, een alternatieve versie van New York. Dat betekent dus clichés zoals wolkenkrabbers, gele taxi's en jazzy straatmuzikanten. New Donk City is een van de beste spelparadijzen die Nintendo ooit heeft gemaakt. De clash tussen verschillende stijlen is uiteraard opzettelijk. In sommige gevallen grenst het tegen schrijnend aan, maar het verleent het avontuur juist een eigen uniek karakter dat we niet eerder in een Mario-game hebben beleefd.

De werelden zijn over het algemeen heel origineel en simpelweg fantastisch. Ik moet wel drie negatieve uitzonderingen noteren. Het Lake Kingdom, een reguliere waterwereld, is een beetje lelijk en heeft weinig unieke elementen. Het Snow Kingdom heeft eigenlijk zo'n beetje dezelfde problemen en is bovendien gewoon saai. Ten slotte geeft het Sand Kingdom je een enorm woestijn om te verkennen, maar het is er voornamelijk leeg. Die clash tussen verschillende stijlen vertaalt zich overigens ook naar de uitmuntende soundtrack. We horen hier geen epische orkestrale muziek, maar allerlei funky melodieën die je totaal niet bij een platformer zou verwachten.

Om Bowser te kunnen blijven achtervolgen moet Mario zijn eigen schip van brandstof voorzien. Dit doe je met Power Moons. Je moet in elke wereld weer een minimaal aantal Moons vinden om naar de volgende locatie te kunnen gaan. Deze Power Moons zijn met afstand het grootste minpunt van Super Mario Odyssey. Eerst moet ik even een misvatting uit de wereld helpen: de Moons zijn niet het equivalent de bekende Stars die je normaliter in 3D Mario-games verdient. In Super Mario 64 en in Sunshine haal je de sterren een voor een. Meestal zijn ze verbonden aan wat je een quest zou kunnen noemen en je dient een aantal obstakels te overwinnen om er eentje te krijgen. Daardoor voelt elke ster als een kleine prestatie die voldoening geeft.

In Odyssey zijn alleen een aantal Moons verbonden aan een soortgelijke quest. De meeste vind je gewoon overal in de wereld terwijl je aan het verkennen bent. In zekere zin geeft dat meer vrijheid, maar Nintendo is volledig doorgeschoten met de hoeveelheid Moons. 3D Mario-games hebben tussen de honderd en de driehonderd sterren, maar Odyssey heeft zo'n duizend van die Moons.

Het probleem is dat de meeste Moons die je behaalt weinig of geen voldoening geven. Een karrevracht aan Moons klinkt leuk, maar je verdient ze ook gewoon aan de lopende band terwijl je amper een vinger hoeft uit te steken. Doe een ground pound op een stukje grond dat glimt en je krijgt een Moon; klim in een boompje en aan de top vind je een Moon; maak een verdacht doosje kapot en, jawel, nog een Moon! Ze zitten echt in elk hoekje en gaatje en meestal hoef je er weinig moeite voor te doen. Een groot deel van de Moons zijn simpelweg oppervlakkige collectibles die bijna vergelijkbaar zijn met wat je vaak in Ubisoft-games aantreft. De structuur van de game en de manier waarop je het daadwerkelijk speelt is daarom, ondanks de open speelvelden en andere gelijkenissen, niet echt zoals in Super Mario 64. Odyssey voelt meer aan als een eindeloze collectie-marathon.

Een extra minpunt hierbij is dat bepaalde opgaves om Moons te krijgen in verschillende werelden worden herhaald. Zo moet je in elke wereld een konijn dat een Moon heeft achtervolgen en aanraken. Of je moet een Goomba naar een wachtende vrouwelijke Goomba brengen. Of je gaat weer achter een vogeltje aan. Deze vorm van herhaling voelt als filler, want de manier waarop je het doet is eigenlijk elke keer hetzelfde.

Het probleem met de Moons wordt bovendien extra bekrachtigd door het feit dat dit een van de makkelijkste Mario-games is. Hoewel ik natuurlijk bleef genieten van de strakke controls, de unieke functies van Cappy en de fantasierijke werelden, voelde het ook een beetje alsof ik het spel deels op de automatische piloot aan het spelen was. Nou zijn 3D Mario-games over het algemeen geen bikkelharde games, maar zelfs de post-game verhoogt dit keer de moeilijkheidsgraad amper. Het beruchte Champion Road-level, dat uiteraard weer een nieuwe versie krijgt in dit deel, werd al binnen dertig minuten behaald, in plaats van de urenlange uitdaging die normaal vereist is.

#NotAllPowerMoons, natuurlijk. Er zijn ook veel Moons die wel leuk zijn om te behalen. Naast de Moons die aan quests verbonden zijn en waar je vaak een baas voor moet verslaan zijn er ook de Moons die je verdient als je een groene pijp ingaat of bij deuren met een hoed-symbool. Je komt dan in een meer typische Mario-hindernisbaan terecht waar aan het einde (en tussendoor) een Moon wacht. Deze Moons geven wél voldoening. Al met al vind ik dus de benadering en structuur die Odyssey hanteert een teleurstelling. Ik zie liever de meer level-gerichte design van Galaxy en 3D World. Of, als het open speelgebieden moet hebben, een iets strakkere structuur zoals in Super Mario 64.

Conclusie:
Met Super Mario Odyssey flikt Nintendo het gewoon weer. Dit is wederom een innovatief deel in een serie die toch al meer dan dertig jaar loopt. De game is op vele manieren ontzettend origineel en zit vol fantastische gameplayelementen. Hierna wordt het ook erg moeilijk om Cappy uit een Mario-game weg te denken. Het is alleen jammer dat de Power Moons, een groot deel van de content in de game, veelal oppervlakkig zijn en weinig voldoening geven. Deze 3D Mario is daarom net geen meesterwerk, maar het is duidelijk dat Mario de koning van het platforming-genre is en blijft.

Pluspunten
Minpunten
  • Geweldige werelden zoals New Donk City
  • Alles wat Cappy aan het spel toevoegt
  • Fantastische soundtrack
  • Een groot deel van de Power Moons geeft weinig of geen voldoening
  • Een aantal mindere werelden zoals de Lake, Snow en Sand Kingdoms
  • Een van de makkelijkste Mario-games
Exclusief voor Nintendo Switch.