Boek: Tomas Ross - De Tweede November

Dinsdag 2 november 2004. Rond half negen 's ochtends fietst Theo van Gogh door de Linnaeusstraat in Amsterdam als hij neergeschoten wordt door Mohammed Bouyeri, die hem daarna met een mes om het leven brengt. Ruim 9 jaar later komt Tomas Ross met het boek De Tweede November, waarin deze gebeurtenis de hoofdrol speelt.

Het verhaal begint in oktober 2004, als de Marokaanse Hamid Mansur als informant van de AIVD op het spoor is van een op handen zijnde aanslag op een prominent figuur. Hij rapporteert aan zijn baas, ene De Wolf. Nog diezelfde avond wordt De Wolf vermoord en is Hamid hoofdverdachte. Hij vlucht en heeft een usb-stick nodig om zijn onschuld te bewijzen, maar natuurlijk heeft ook de AIVD interesse in dat apparaatje. Niet zozeer om de betreffende aanslag te verijdelen, maar om het eigen straatje schoon te vegen. Daarvoor moet alles en iedereen wijken, zo merkt Hamid. Alleen hoeft hij het niet te doen, want hij krijgt hulp van Puck Labrie, een Telegraaf-journaliste die ondanks elke vermomming toch overal herkend wordt.


Zoals altijd verweeft Ross feiten en fictie in zijn verhalen, ook dit boek is daar geen uitzondering op. Wat in de dagen voor de moord gebeurt is bij vlagen spannend, maar het slot is dat natuurlijk niet, aangezien de afloop van het verhaal bekend is.


Toch is dit boek anders dan zijn eerdere werk. Ross had een persoonlijke band met Van Gogh. Zo werkten ze samen aan de film 06/05, waar ze ten tijde van de dood van Van Gogh ook ruzie over hadden. Ross verwijst in het boek dan ook meerdere keren naar zichzelf, cynisch als 'het thrillerschrijvertje'. Maar meer dan in andere boeken lijkt hij een punt te willen maken. De AIVD wist dat de aanslag eraan zat te komen en heeft er niets tegen gedaan. Want die lastige Van Gogh zorgde enkel voor problemen. In het nawoord somt Ross dan ook een reeks feiten op die voor hem aantonen dat er meer achter de moord zit dan enkel een geloofsfanaat.


De Tweede November is weer een thriller van Ross die heerlijk wegleest. Het verhaal zit goed in elkaar en is dermate realistisch geschreven dat het lijkt alsof alles daadwerkelijk gebeurd is. Toch irriteert het dwingende ondertoontje waarmee Ross zijn punt door wil drukken richting de lezer soms. Ross geeft dan ook zelf antwoord op de ondertitel van het boek: wie vermoordde Theo van Gogh? Hoe het echt zit zullen we waarschijnlijk nooit weten...