Belgie wil hun frietkotten voordragen als UNESCO-werelderfgoed

Jippie

De Belgische Vereniging van Frituristen, Navifrit, wil een Unesco-erkenning als Immaterieel Cultureel Erfgoed van de Mensheid. Navifrit heeft samen met andere verenigingen een aanvraag ingediend bij het de regering van Vlaanderen. De regering kan het voorstel vervolgens indienen bij UNESCO.

"Deze cultuur zit in ons allemaal", zegt Navifrit-voorzitter Bernard Lefèvre, aldus de Vlaamse omroep VRT, over de frietkraampjes. Veel mensen vonden het normaal dat de kraampjes in het straatbeeld bestaan en altijd zullen blijven. "Maar we zien wereldwijd overal kleine ambachtslieden steeds meer verdwijnen."

België telt circa 5000 frituren. In bijna elke stadswijk of dorp vinden inwoners dus wel hún frietkot. De basis voor een Belgische frietkotcultuur.

Op Immaterieelerfgoed.be staat de volgende motivatie voor de aanvraag bij UNESCO:
'De frietkotcultuur wordt gekenmerkt door verschillende aspecten. Het ambacht van het frieten bakken is een essentieel deel van de frietkotcultuur. Een friturist verstaat de kunst van goede frieten te bakken. De universeel perfecte friet bestaat echter niet. Elke frituur staat gekend om zijn eigen specifieke smaak en specialiteit.

Zoveel verschillen in frieten, zoveel verschillen in frietkotten. Ze bestaan in allerlei vormen en op allerlei locaties. Frietkoten zijn net als volkscafés eenvoudig en moeten het niet hebben van veel franjes. Al deze karakteristieke onderdelen samen bepalen de sfeer en de eigenheid van elk frietkot afzonderlijk. Dit staat in contrast met de huidige fastfood tendenzen, waar wereldwijd in belangrijke mate dezelfde smaak en inrichting aangeboden wordt. Die diversiteit van de frietkotcultuur blijven koesteren, is een van de doelstellingen.

De sociale beleving die rond het frietkot hangt, maakt ook onmiskenbaar deel uit van de frietkotcultuur. De frietkotcultuur wordt immers niet alleen gedragen door de frituuruitbaters, maar ook door de frietkotbezoekers. Een frietkot is een eigenzinnige ontmoetingsplek waar rang of stand er niet toe doet. Het roept warmte, nostalgie en geborgenheid op. De precieze oorsprong van de friet is en blijft onduidelijk. Wel is duidelijk dat het iets Belgisch is. Met uitzondering van de grensgebieden van Noord-Frankrijk en Zuid-Nederland zijn frietkotten niet in het buitenland terug te vinden. Rond het midden van de 19de eeuw worden de eerste frieten gebakken en gegeten op de kermis. nemen.'

België mag om de twee jaar een nieuwe kandidaat indienen voor de lijst van immateriële culturele goederen van UNESCO. De landen en regio's wisselen elkaar af. Volgend jaar is Vlaanderen aan de beurt. Medio mei wil staatssecretaris Jan Jambon zijn besluit bekendmaken op basis van een deskundig oordeel.