Historische NASCAR-race op road course Daytona

We keren nog even terug naar zondag, want de NASCAR Cup Series kende een bijzondere race: men reed in Daytona, wat op zich niet bijzonder is, maar deed dat voor het eerst op de road course en niet de oval, wat wél bijzonder is. Veel coureurs - zeker niet allemaal - hadden er nog nooit geracet en zonder training en kwalificatie werd dat een behoorlijke uitdaging voor coureurs die toch grotendeels het totaal andere ovalracen gewend zijn.

Het groen werd voor de op voorhand al bijzondere race gevlagd met Kevin Harvick, Denny Hamlin, Martin Truex, Kyle Busch en Joey Logano voorop. Harvick begon niet zo best, Busch nam de leiding en zag Hamlin al vrij snel voorbij steken, waarna hij samen met Truex een gat sloeg.

Met een paar ronden te gaan in stage één schoof Truex wat ruw voorbij Hamlin naar de leiding. Hamlin liep in duel met Truex wat schade op en moest een ongeplande pitstop maken om de wielkast een beetje uit te deuken. Ook Truex kwam een stop maken, Chase Elliott bleef langer buiten en won de eerste stage met forse voorsprong op Logano.

Logano nam bij de pitstops de leiding over - hij kwam niet eens naar binnen en vertrok bij de herstart dus met uiterst oude banden - en kreeg Hamlin naast zich, met Kurt Busch en Harvick erachter. Logano zakte in rap tempo weg op zijn oude banden, Hamlin nam de touwtjes in handen.

Truex bleef achter Hamlin hangen, tot hij halverwege de tweede stage op het ovalgedeelte van Daytona binnendoor kwam. De leiding kwam weer terug bij Hamlin, nadat Truex een pitstop maakte. Niemand kon Hamlin echt volgen en hij pakte dan ook met fors verschil de stagewinst.

De hoogtepunten van de race

Elliott en Kurt Busch namen de kop over voor de herstart, Harvick werd vanaf de vierde plek in de rondte getikt door Christopher Bell en kon achteraan beginnen. Met een kleine dertig ronden te gaan werd de race tijdelijk stilgelegd: er was onweer in de omgeving en uit veiligheidsoverwegingen maakt men dan het verstandige besluit om even te stoppen.

Na een lange onderbreking konden we met wederom Elliott en Kurt Busch voorop weer door, met Michael McDowell en Jimmie Johnson op de tweede rij. Kyle Busch reed zich goed naar voren, passeerde Johnson en McDowell en ging daarna ook voorbij aan zijn oudere broer Kurt, terwijl Elliott al een gat geslagen had.

Kyle Busch kwam met een remprobleem de garage in, zijn race was in elk geval wat de voorste regionen betreft voorbij. Met vijftien ronden te gaan kwamen onder meer Elliott naar binnen, wat voor een opvallend moment zorgde: Kaz Grala, vervanger van de positief op COVID-19 getestte Austin Dillon, ging bij zijn Cup Series-debuut aan de leiding.

Elliott pakte na zijn pitstop ruim de leiding weer terug, Hamlin en Johnson volgden met Bowyer erachter op tien tellen. Zo bleef het tot Kyle Busch vijf ronden voor het einde en al met een forse achterstand spinde met twee lekke achterbanden, die klapten op het snelle ovalgedeelte: caution.

Wederom vertrok Elliott vanaf de koppositie, Hamlin zat ernaast en Johnson en Bowyer erachter. Dit keer kon Hamlin een beetje aanhaken, maar hij kon Elliott niet van zijn derde opeenvolgende road course-winst afhouden - Elliott won vorig jaar op Watkins Glen en de Roval in Charlotte. Truex eindigde als derde, voor Johnson en Chris Buescher.