Sceptische Bulgaren schoorvoetend naar stembus

Redactie

In Bulgarije zijn zondagochtend de stembureaus geopend voor de vervroegde parlementsverkiezingen. Maar weinig Bulgaren hebben er vertrouwen in dat hun stem iets aan de stand van het land kan veranderen. Omdat opiniepeilers geen duidelijke winnaar verwachten vrezen velen dat de politieke en economische wanorde in het Balkanland aanhoudt. Meer dan de helft van de kiezers is de moed in de schoenen gezonken en blijft naar verwachting thuis.

De centrumrechtse partij Burgers voor de Europese Ontwikkeling van Bulgarije van de voortijdig afgetreden premier Boiko Borisov ligt volgens de peilers nek-aan-nek met haar aartsrivaal, de Socialistische Partij. Sinds Borisov zich in februari door felle protesten tegen de groeiende armoede, hoge servicekosten en corruptie gedwongen zag op te stappen neemt een interim-regering de lopende zaken waar.

De verkiezingscampagne werd beheerst door een afluisterschandaal. Volgens openbaar aanklagers liet oud-minister van binnenlandse zaken Tsvetan Tsvetanov tijdens zijn ministerschap het telefoonverkeer van politieke tegenstanders aftappen. Het aanzien van de Bulgaarse politiek kreeg een nieuwe klap toen uit opgenomen telefoongesprekken bleek dat Borisov tijdens zijn premierschap de hoofdaanklager ontbood nadat die een onderzoek had ingesteld naar corruptie door een minister.

Het is echter vooral het uitblijven van een hogere levensstandaard die het vertrouwen in Borisov en co heeft ondergraven. Bulgarije, inmiddels zes jaar lid van de Europese Unie, is nog altijd veruit de armste lidstaat. Meer dan 22 procent van de bevolking leeft onder de armoedegrens. De bezuinigingen waartoe de regering besloot om de overheidsschuld in te perken zijn veel Bulgaren, die hun hoofd vaak maar ternauwernood boven water kunnen houden, in het verkeerde keelgat geschoten.