Eigenaar verwoeste kerncentrale Japan bekent schuld

Het Japanse elektriciteitsbedrijf Tepco, beheerder van de vorig jaar bij een kernramp verwoeste kerncentrale Fukushima Dai-ichi, heeft vrijdag voor het eerst erkend dat het de ramp had kunnen afwenden. Tepco wist dat de veiligheid van de centrale niet was gewaarborgd. Maar het bedrijf verzuimde extra veiligheidsmaatregelen te nemen, omdat dat het onbehagen over kernenergie maar zou voeden.

''Terugblikkend op de ramp blijkt de makke dat voorbereidingen niet vooraf zijn getroffen'', verklaarde de commissie die zich over vereiste hervormingen in het bedrijf buigt. Tepco-topman Naomi Hirose zit de commissie voor. De vraag of 'noodzakelijke maatregelen hadden kunnen worden genomen op grond van eerdere evaluaties van tsunami's', beantwoordde de commissie bevestigend. ''Het was mogelijk actie te ondernemen.''

Behalve voor het aanwakkeren van de weerstand tegen kernenergie was Tepco ook bang dat extra voorzorgsmaatregelen de bedrijfsvoering zouden hinderen, of dat die het bedrijf op rechtszaken zouden komen te staan.

Volgens de commissie was de kernramp niet zo ernstig uitgepakt als Tepco internationale veiligheidsmaatstaven had gevolgd. Het bedrijf had er bovendien goed aangedaan het personeel bij te brengen hoe het moet optreden als de nood aan de man is, in plaats van plichtmatige rampoefeningen af te werken.

De schuldbekentenis van Tepco baart opzien, omdat het bedrijf tot dusver zijn handelen steeds heeft verdedigd. Tepco betuigde eerder wel spijt over de gevolgen van de ramp, maar schoof de zwartepiet naar de regering. Die zou zich hinderlijk hebben bemoeid met de rampbestrijding.

De kerncentrale Fukushima Dai-ichi werd in maart 2011 getroffen door een aardbeving en een tsunami, met een kernramp tot gevolg.

Eigenaar verwoeste kerncentrale Japan bekent schuld (Foto: Novum)