Vitesse krijgt gelijk in zaak tegen provincie

Olga Kroeders

Vitesse heeft ook van de Hoge Raad gelijk gekregen in een zaak tegen de provincie Gelderland. Eerder had het hof de eredivisieclub al in het gelijk gesteld. De provincie zou toezeggingen niet zijn nagekomen rond een huurverlaging van het stadion voor het seizoen 2000/2001. De omvang van de schade moet nog vastgesteld worden.

Vitesse verkeerde in 2001 in grote financiële problemen. Daardoor dreigde de KNVB geen licentie te verstrekken aan de club. Om dat te voorkomen stelden enkele private financiers een reddingsplan op. In gesprekken met Gedeputeerde Staten werden plannen gemaakt, waarin ook de provincie Gelderland een financieel aandeel zou nemen.

De provincie zou de huur van het stadion Gelredome voor het seizoen 2001/2002 met zes miljoen gulden verlagen. Vervolgens hebben de private financiers een aantal financiële verplichtingen op zich genomen. Voor de plannen van Gedeputeerde Staten bleek uiteindelijk te weinig politiek draagvlak in de Provinciale Staten. Vitesse was echter van mening dat de toezeggingen nagekomen moesten worden.

In eerste instantie wees de rechtbank de vorderingen van Vitesse af, waarna de stap naar het hof werd gemaakt. Die stelde de club wel in het gelijk. Nu de Hoge Raad de uitspraak van het hof handhaaft, kunnen de Arnhemmers een vergoeding in het vooruitzicht zien van de provincie. De hoogte van dat bedrag moet in een aparte procedure worden vastgesteld.