Wetenschappers vinden nieuwe diersoorten

Redactie

Wetenschappers hebben in het Foja-gebergte, aan de westkant van Nieuw-Guinea, nieuwe diersoorten ontdekt. Het team van Conservation International, gesteund door de National Geographic Society en het Smithsonian Institute, ondernam in 2008 een expeditie naar het gebied en maakte maandag de resultaten bekend.

Herpetoloog Paul Oliver ontdekte tijdens een lunch in het kamp een dier op een zak rijst. Na beter gekeken te hebben bleek het te gaan om een voorheen onbekende kikkersoort met een lange neus.

De kikker met de lange neus is niet het enige dier dat de wetenschappers vonden. Volgens Kristofer Helgen, conservator in het Smithsonian National Museum for Natural History, was een van de meest bijzonder dieren die de wetenschappers hebben gezien de zeldzame goud-gemantelde boomkangoeroe. Ook ontdekten de wetenschappers mogelijk het kleinste lid van de kangoeroefamilie, een kleine wallaby die zich heeft aangepast aan het leven in het bos.

Een andere grote verrassing was de ontdekking van ornitholoog Neville Kemp. Hij zag een koppel nieuwe keizersduiven, die veren in verschillende delen van hun lijf hebben die er bruin-, wit- en grijsachtig uitzien.

Er werd ook een tiental nieuwe insectensoorten ontdekt, een grote wollige rat en een gekko met gele ogen en gekromde tenen.

"Wanneer planten en dieren over de hele wereld worden uitgeroeid in een tempo dat in miljoenen jaren nog nooit zo hoog is geweest, dan is de ontdekking van deze absoluut ongelofelijke levensvormen een broodnodig stuk positief nieuws", aldus Bruce Beehler, wetenschapper bij Conservation International. "Plaatsen zoals deze (het Foja-gebergte, red.) vertegenwoordigen een gezonde toekomst voor ieder van ons."