[Special] Van Verduin tot Kleine

Olga (Nuongirl)
We kennen natuurlijk allemaal wel de nummers 1 en 2 van de vijftiende Elfstedentocht uit 1997 en ook de broer van Evert van Benthem is bekend, maar wie eindigden er nog meer in de top 10? En wat gebeurde er nu met Piet Kleine? Wie won er bij de vrouwen? Op deze vragen en meer hopen we je in deze special antwoord te geven.


Bert Verduin eindigde als derde in de Tocht der Tochten en tot de dag van vandaag is hij Nederlands kampioen op natuurijs. In 1996 won Verduin het laatste NK. In 1999 won hij de Finse Elfstedentocht in een tijd van 5 uur, 46 minuten en 53 seconden; Verduin vestigde een nieuw record. Nooit eerder legde een schaatser in Finland 200 kilometer binnen de zes uur af.

Hier kan je wat blunders uit de schaatsloopbaan van Verduin zien.


----------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Ruud Borst eindigde als zesde in 1997 en schaatst momenteel nog steeds. Naast het winnen van acht marathons op kunstijs, won hij in de seizoenen 1996/1997 en 2002/2003 de Alternatieve Elfstedentocht op de Weissensee. En in het seizoen 1998/1999 werd hij Nederlands Kampioen op Kunstijs en won hij het Open Nederlands Kampioen op Natuurijs.

----------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Yep Kramer is de vader van een van de beste schaatsers ooit, Sven, maar zelf schaatste hij ook. Tijdens de Elfstedentocht van 1997 eindigde hij als achtste. Kramer had trouwens een week voor de Elfstedentocht van 1997 zijn ribben gekneusd tijdens het NK wat zijn prestatie tijdens de Elfstedentocht nog beïnvloedde.

Kramer was echter vooral een langebaanschaatser. Echter stond hij altijd in de schaduw van meer getalenteerde collega's, zoals Hilbert van der Duim, Frits Schalij en Hein Vergeer. 1983 en 1984 waren zijn beste jaren. Hij werd tweemaal tweede en eenmaal derde op het Nederlands kampioenschap allround en eenmaal tweede tijdens het Europees kampioenschap allround. Na zijn langebaanloopbaan ging Kramer sr. marathons rijden. In 1989 en 1990 won hij de KNSB Cup en In 1996 won hij het Nederlands kampioenschap marathon op natuurijs.

----------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Hans Pieterse eindigde als zevende in 1997. Door zijn gebrekkige startsnelheid was een succesvolle loopbaan in het langebaanschaatsen niet voor hem weggelegd. Pieterse stapt daarom over op het marathonschaatsen. Het bleek een goede keuze, want de jonge schaatser deed bij de B-rijders al snel van zich spreken. In 1988 werd hij A-rijder en mocht hij zijn krachten meten met de top van Nederland.

Als A-rijder werd Hans Pieterse een schaatser van formaat. Hij ontwikkelde een voorliefde voor uitputtende tochten op natuurijs. In 1997 werd hij op zijn 'eigen' Jaap Edenbaan Nederlands marathonkampioen.
----------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Willem Poelstra eindigde in de Tocht der Tochten als negende. Twee jaar later was hij niet meer onder ons. Op 16 oktober 1999, vlak na de finish van een marathon in Amsterdam, werd hij getroffen door een hartstilstand. Twee uur later overleed hij op 24-jarige leeftijd in het ziekenhuis.


De Prijs der Beloften, die jaarlijks werd uitgereikt aan de meest talentvolle marathonschaatser van het seizoen, werd omgedoopt in de Willem Poelstra Memorial. Poelstra won de prijs zelf in 1998.

----------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Fausto Armando de Oliviera Marreiros eindigde als tiende in 1997. Behalve marathonrijder op natuurijs reed hij ook langebaanwedstrijden. In het begin van zijn carrière kreeg hijdoor een valpartij snijwonden in zijn been, met als gevolg een klapvoet. Hierna waren zijn prestaties niet genoeg voor de Nederlandse schaatsploeg, en besloot hij voor zijn moederland Portugal uit te komen. In 1996 deed hij namens Portugal mee aan het Europees kampioenschap in Heerenveen en het wereldkampioenschap allround in Inzell, in 1997 aan het Europees kampioenschap in Heerenveen en in 1998 aan de Olympische Spelen in Nagano en het wereldkampioenschap allround in Heerenveen.

Als marathonrijder op natuurijs won hij in 1992 en 1995 het Open Nederlands Kampioenschap Marathon op natuurijs in Plansee. In het begin van de Elfstedentocht in 1997 reed Fausto met een mijnwerkerslamp op het hoofd. Dankzij deze lamp raakte de latere winnaar Henk Angenent op het Slotermeer de weg niet kwijt.
----------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Klasina Seinstra won in 1997 de Elfstedentocht bij de vrouwen. In de laatste meters op de Bonkevaart wist zij de 20-jarige Gretha Smit uit Rouveen te verslaan. Behalve die grote titel won ze ook viermaal de Alternatieve Elfstedentocht op de Weissensee in Oostenrijk, dat was in de jaren 1994, 1995, 1996 en 1997. Ook won ze de Nederlandse Marathontitel op kunstijs en veroverde ze drie keer de KNSB-cup. Na haar actieve loopbaan was ze trainster bij kleine schaatsploegen.

----------------------------------------------------------------------------------------------------------------

Piet Kleine werd aanvankelijk vijfde, maar werd later uit de uitslag geschrapt. De schaatsende postbode had namelijk per ongeluk een stempelpost gemist. Niet geheel terecht zoals later bleek: in het verleden was het diverse malen voorgekomen dat Elfstedenwinnaars hun kaart niet volledig gestempeld hadden. Later zou Kleine overigens zeggen dat hij zo onder de indruk van de mensenmassa en het enthousiasme was dat hij doorreed.

Kleine had in 1997 overigens al een loopbaan bij het langebaanschaatsen achter zich. Tijdens de Olympische Spelen van 1976 werd hij olympisch kampioen op de 10.000 meter en pakte zilver op de 5.000 meter. In datzelfde jaar werd hij ook wereldkampioen allround. In 1976 reed hij bovendien viermaal een wereldrecord: twee keer op de 5.000 meter, een keer op de 10.000 meter én op de grote vierkamp.

In 1980 werd Kleine tweede op de 10.000 meter bij de Olympische Spelen, achter Eric Heiden. In 1981 stopte hij als langebaanschaatser. Daarna werd hij amateurwielrenner en in 1985 werd hij, als lid van de nationale selectie, vijfde op het onderdeel 100 km ploegentijdrit bij de wereldkampioenschappen.

In 1986 debuteerde Kleine bij de marathonschaatsers. In 2001 beëindigde hij zijn schaatscarrière en legde zich toe op zijn beroep als postbode, een baan die hij ook zijn gehele sportcarrière naast zijn sport heeft uitgeoefend.


De eindsprint bij de Vijftiende Elfstedentocht