Snellere diskwalificaties bij schaatsen

Met ingang van aankomend seizoen zullen langebaanschaatsers rekening moeten houden met een snellere diskwalificatie als hun bochtenwerk niet helemaal deugt. Tijdens een vergadering hebben de scheidsrechters besloten dat regel 256 uit de bepalingen van de internationale schaatsunie (ISU) strenger gaat worden toegepast.

Bij het nemen van de bocht mogen schaatsers de binnenmarkering niet overschrijden met hun schaats. In het verleden kregen ze meestal alleen een waarschuwing of deden de scheidsrechters of ze de overtreding niet hadden gezien. Aankomend seizoen volgt er echter bij elke overschrijding een diskwalificatie.

Vooral bij de start van de 3.000 meter bij de vrouwen en de 5 en 10 kilometer bij de mannen komt die overschrijding van een bocht voor. Ook schaatsers die op de sprint de laatste binnenbocht niet kunnen houden en met hoge snelheid in de baan van de tegenstander komen, lopen nu sneller het gevaar om diskwalificeerd te worden.

"De regel bestond al dat een schaatser wordt gediskwalifeerd als hij een tegenstander hindert. Daar is nu bijgekomen dat de schaatser zo snel mogelijk weer naar zijn eigen baan moet teruggaan. Blijft hij te lang in de baan van de tegenstander rijden, dan volgt voortaan onherroepelijk uitsluiting," aldus internationaal scheidsrechter Jan Augustinus.