Sporthistorie: De vloek van de geit en de Bambino

Maurice (Maurisico)
Amerika en sportgeschiedenis, dat gaat prima samen. Oude sporthelden worden op gepaste wijze geëerd. Fenomenale prestaties uit het verleden zijn door horden fanatiekelingen onthouden. Ieder jaar dat een record blijft staan, krijgt zo'n prestatie meer glans en worden de verhalen rondom zo’n prestatie steeds smeuïger. Het is dan ook niet vreemd dat er zaken zoals "vloeken" in de Amerikaanse sport bestaan. We bekijken vandaag twee van die vloeken; die van The Bambino en die van Billy de geit.

Sinds 2004 moeten we het met één vloek minder doen. De vloek van The Bambino is namelijk niet meer. De Red Sox wonnen in 2004 de World Series. Daarmee werd de vloek van The Bambino opgeheven. Maar de legende is te mooi om niet verteld te worden.

De Red Sox wonnen de World Series in 1912, 1915, 1916 en 1918 en waren in die tijd een grote, beroemde toporganisatie. Na 1918 stokte het succes.

In 1920 verkocht de eigenaar Frazee van de Sox zijn grote ster Babe Ruth, aan de Yankees om met dat geld een Broadway-productie te kunnen financieren. Het is tot op de dag van vandaag de meest besproken en meest bespotte transfer uit de geschiedenis van de Amerikaanse sport.

George Herman Ruth jr. werd op 6 februari 1895 geboren in Baltimore. Een waar honkbaltalent. Op 27 februari 1914 tekende George Ruth zijn eerste profcontract bij de Baltimore Orioles. Omdat hij zo jong was, kreeg hij de bijnaam Babe.

Babe Ruth brak ook bij de Yankees alle records, zowel als slagman als pitcher. Ruth maakte de Yankees jaar na jaar kampioen en trok zoveel mensen naar het stadion dat in 1923 het nieuwe Yankee Stadium gebouwd werd. Het stadion staat nog steeds in the Bronx en wordt ook wel "The House that Ruth Built" genoemd.

En de Red Sox? Zij wonnen nooit meer wat. Nooit. Dat krijg je ervan als je zo met je sterren omgaat. Dan nemen de sterren, ook al zijn ze al lang dood, vreselijk wraak.

In 2004 is de vloek dus opgeheven. Was het vreemd dat dat zomaar gebeurde? Nou nee, als we de bijgelovige Amerikanen mogen geloven.

In een wedstrijd tussen de Yankees en de Red Sox sloeg Manny Ramirez een homerun en landde de bal pardoes in het gezicht van een jonge fan. Het gevolg: een pijnlijk aangezicht en twee gebroken tanden.

Niets aan de hand zou je zeggen, maar wat was het geval? De jongen was Yankee-fan en bleek in het huis te wonen waar Babe Ruth tijdens zijn New Yorkse jaren had gebivakkeerd. Volgens velen was de vloek op dat moment gebroken! Dagenlang stonden de kranten vol van dit voorval. Men vond het ongeluk te toevallig om geen verband met de vloek te zien.

Overigens zijn de Red Sox niet de enige vervloekte club in de States. Ook de Chicago Cubs zitten in het "vervloektenhoekje".

De laatste keer dat de Cubs in de finale om de wereldtitel stonden, en verloren, was in 1918, en tegenstander was, jawel, de Boston Red Sox. Daarna waren de successen schaars.
In Chicago hebben ze namelijk ook een vloek: The Billy Goat Curse, de vloek van Billy's geit. Cafébaas William Sianis, eigenaar van de Goat Tavern, wilde in 1945 namelijk zijn geit Sonovia mee naar het stadion nemen, maar het beest mocht niet binnen.

Op dat moment sprak hij de vloek uit dat de Cubs nooit meer een World Series zouden spelen. Bijgeloof of niet, sinds die tijd heeft de club nooit meer een finale behaald.

Dat zelfs de club hem serieus neemt, blijkt uit het feit dat een voorzitter in 1950 heeft schriftelijk gesmeekt om de vloek ongedaan te maken. Tevergeefs. De vloek heeft ieder jaar z'n werk weer gedaan.