Blind: "Spitsen maakten het verschil"

Michel (Baraja)
Volgens Ajax-trainer Danny Blind maakten de spitsen vanmiddag het verschil in de ArenA tijdens Ajax – Feyenoord (1-2). De oefenmeester was verder ontevreden over het spel van zijn aanvoerder Escudé. Feyenoord-trainer Erwin Koeman kan ondertussen zijn geluk niet op.

De laatste zege van Feyenoord in de ArenA dateerde al uit het seizoen 2000-2001, toen de Rotterdammers met 4-3 de grote rivaal uit Amsterdam klopten. Logisch dat trainer Koeman opgetogen reageerde na afloop: ”Deze overwinning is heel belangrijk voor ons. Het gaat niet alleen om de drie punten. Dit geeft ook veel vertrouwen. Ik ben trots op mijn ploeg en echt heel blij dat we van Ajax hebben gewonnen.” Koeman prees vooral zijn spitsen: ”We hebben aanvallers die weinig kansen nodig hebben om te scoren. Ja, die hebben we volgende week ook nog. Kuijt en Kalou blijven bij Feyenoord.”

Dirk Kuijt roemde vooral het collectief: ”Iedereen werkte en gunde het elkaar, dat maakt een team altijd sterker. Het was misschien niet de mooiste overwinning, maar wel een heel lekkere. Na een periode die voor Salomon en mijzelf behoorlijk onrustig was, komt dit op het goede moment.”

Naast de overwinning kende Feyenoord ook nog een andere meevaller: de blessure van Sebastian Párdo blíjkt namelijk mee te vallen. De Chileen viel in de rust van De Klassieker uit met een kwetsuur, maar kampt slechts met een forse kneuzing aan de voetwortel. Feyenoord-clubarts Van Linschoten verwacht dat de middenvelder tegen NEC gewoon weer inzetbaar is.

Ajax-coach Danny Blind was niet content over de koelbloedigheid van zijn aanvallers: ”Rosenberg krijgt een goede kans maar die mist. Kuijt krijgt in de tweede helft een soortgelijke mogelijkheid en die gaat er wél in. In het laatste kwartier hebben we een man meer en krijgen we ook goede kansen. Maar we scoren slechts eenmaal. Dat is ons noodlottig geworden.” Het spel van aanvoerder Escudé kon Blind niet bekoren: ”Ik praat in de media niet uitgebreid en individueel over spelers. Maar Escudé speelde inderdaad niet goed. Ik heb hem dan ook gewisseld.”