Eerste rechtszaak Cambodja-tribunaal uitgesteld

De eerste rechtszaak voor het genocidetribunaal in Cambodja begint waarschijnlijk pas begin volgend jaar, omdat de aanklagers de aanklacht tegen de verdachte, Kaing Guek Eav, willen uitbreiden. Dat heeft het tribunaal donderdag bekendgemaakt. Het was aanvankelijk de bedoeling dat de rechtszaak in september zou beginnen.

Het tribunaal beslist waarschijnlijk op 5 december of de aanklacht tegen Kaing Guek Eav, beter bekend als Duch, mag worden uitgebreid. Duch stond ten tijde van het bewind van de Rode Khmer (1975-1979) aan het hoofd van de beruchte gevangenis S-21, waar talloze gevangenen werden doodgemarteld. Hij is een van de vijf voormalige leiders van de Rode Khmer die door het tribunaal zijn aangeklaagd.

Het nieuwe uitstel zal ongetwijfeld tot ongenoegen leiden in Cambodja. Het heeft tijden geduurd voor het tribunaal er kwam en de belangrijkste leider van de Rode Khmer, Pol Pot, kan niet meer worden berecht: hij overleed in 1998.

Duch wordt verdacht van misdaden tegen de menselijkheid en oorlogsmisdaden, maar de aanklagers willen hem ook vervolgen voor moord en marteling. De directeur van het Documentatiecentrum van Cambodja, dat onderzoek doet naar misdaden die door de Rode Khmer zijn begaan, sprak schande van het uitstel. "Ze kunnen de rechtszaken wel aanhouden, maar ze kunnen niet de levens van de verdachten verlengen", zei de directeur, Youk Chhang. De 65-jarige Duch is de jongste van de vijf verdachten, die stuk voor stuk gezondheidsklachten hebben.

Het schrikbewind van de Rode Khmer kostte aan naar schatting 1,7 miljoen mensen het leven.