Afperser wilde 2,5 miljoen van Balkenende

Van Dongeren is al eerder in aanvaring gekomen met de overheid. Vroeger was hij de eigenaar van een schildersbedrijf. Eind jaren zeventig werd hij beschuldigd van diefstal. Ten onrechte, vindt de verdachte. Toch moest hij naar aanleiding van deze beschuldigingen zijn zaak sluiten. In de jaren daarop schreef hij brieven aan allerlei instanties en personen, tot ministers aan toe - om zijn gelijk te halen. Steeds kreeg hij onbevredigende antwoorden. Frustraties over dit eerdere voorval, hebben de man geleid tot de chantage, waarmee hij "wat meer druk op de ketel [wilde] zetten", aldus de Rotterdammer.
Hoe de man aan de brieven is gekomen, blijft een raadsel. Zelf beweert hij dat de bewuste brieven, die geadresseerd waren aan prinses Margriet op paleis 't Loo in Apeldoorn, in zijn woning in Rotterdam-West waren bezorgd. Een persofficier: "Het materiaal is waarschijnlijk vanuit de Tweede Kamer naar haar toegezonden. Het is gissen hoe dat bij hem terecht is gekomen. De verklaring van de man dat hij ze per post heeft ontvangen achten wij niet waarschijnlijk."
Op afpersing staat een maximumstraf van 12 jaar. De politierechter veroordeelde Van Dongeren wel voor het delict afpersen, maar legde hem geen straf op. Wel moet hij psychiatrisch onderzocht worden.