Israël valt doelen aan in Noord-Libanon, Hamas leider gedood

De gevechten tussen het Israëlische leger en de militante islamitische Hezbollah in Libanon gaan door. Volgens berichten heeft Israël zijn luchtaanvallen op de zuidelijke buitenwijken van de hoofdstad Beiroet en op gebieden in de Bekaa-vallei voortgezet - en voor het eerst ook doelen in het noorden aangevallen. De hulporganisatie Caritas International wijst op de verslechterende humanitaire situatie in Libanon.

Het Israëlische leger heeft voor het eerst sinds het begin van zijn offensief in Libanon doelen aangevallen in het noorden van het land. Volgens Libanese berichten werd een vluchtelingenkamp in de buurt van de stad Tripoli aan de Middellandse Zee getroffen. Bij de aanval werden Hamas-leider Atallah en drie van zijn familieleden gedood. In het zuiden van Libanon zei het IDF een moskee te hebben aangevallen waar strijders van Hezbollah-milities verbleven. Er waren nog meer luchtaanvallen in de Bekaa-vallei. Hezbollah zei opnieuw raketten op Israëlte hebben afgevuurd. Ondertussen reisde de Iraanse minister van Buitenlandse Zaken Arakchi door naar Syrië na een bezoek aan Libanon. Zijn woordvoerder kondigde aan dat hij in de hoofdstad Damascus verder wilde praten over de situatie in het Midden-Oosten. Iran wordt beschouwd als de belangrijkste bondgenoot van de militante islamistische Hezbollah-militie.

Volgens de Libanese autoriteiten zijn er ongeveer een miljoen mensen op de vlucht vanwege de aanhoudende gevechten. De VN zegt dat er tot nu toe ongeveer 100.000 mensen de grens naar Syrië zijn overgestoken. De hulporganisatie Caritas International spreekt van een dreigende humanitaire crisis. Caritas-medewerker Mothsche vertelde aan Deutschlandfunk dat deze grote golf van ontheemding niet was verwacht. Er is noodopvang in het land, bijvoorbeeld in scholen of universiteiten.

Volgens Motsche, die als coördinator en counselor in Beiroet werkte en het land een paar dagen geleden om veiligheidsredenen verliet, is het een enorme uitdaging om voor de mensen te zorgen. Het ontbreekt aan de meest elementaire levensbehoeften. Naast matrassen, dekens, voedsel, water en hygiëneproducten is er dringend behoefte aan extra medische en psychologische zorg: "De mensen zijn bang en getraumatiseerd. Veel kinderen begrijpen niet wat er aan de hand is."

Ondertussen hebben de Verenigde Staten aangekondigd dat ze Libanon het equivalent van ongeveer 143 miljoen euro aan humanitaire hulp zullen doneren. Het ministerie van Buitenlandse Zaken in Washington kondigde aan dat het geld zou worden gebruikt om ontheemden in Libanon te helpen.