NVWA pakt fokken dieren met schadelijke kenmerken of erfelijke ziektes aan

In de kattenwereld ziet de NVWA een trend, waarbij fokkers selecteren op bepaald uiterlijk, zoals de Scottish Fold en andere vouwoorkatten. De katten zijn drager van een gen dat zorgt voor kraakbeenafwijkingen (osteochondrodysplasie) in het hele lichaam. Op latere leeftijd krijgen de katten ernstige gezondheidsproblemen, zoals kreupelheid en pijn. Daarom mag er met een Scottish Fold kat niet gefokt worden, ook niet als er gekruist wordt met een ander ras. De NVWA zal hierop handhaven.

Sinds 2014 mag er niet gefokt worden met ouderdieren op een wijze waarop het welzijn of de gezondheid van het ouderdier of de nakomelingen wordt benadeeld. Deze regels gelden voor bedrijfsmatige fokkers, maar ook voor mensen die slechts één of een enkele keer een nest fokken.

De laatste jaren zien we trends van huisdieren met steeds extremere (uiterlijke) kenmerken, waarbij de dieren te lijden hebben onder hun uiterlijk. De extreem kortsnuitige honden zijn hier een voorbeeld van. Met deze dieren mag dan ook niet gefokt worden. De NVWA waarschuwde eerder al een fokker van Drentsche Patrijshonden, omdat deze fokker bewust fokte met honden die epilepsie kunnen doorgeven.

Een fokker heeft de verantwoordelijkheid om gezonde dieren te fokken. Dat betekent dat hij moet controleren of de kat, ongeacht het ras, schadelijke kenmerken of erfelijke ziektes kan doorgeven aan de nakomelingen. Dit kan uiteraard ook als extra check. Voor advies, lichamelijke onderzoeken en bij twijfel kan men altijd terecht bij de dierenarts.

De NVWA en de Landelijke Inspectiedienst Dierenbescherming (LID) houden toezicht op dierenwelzijn en handhaven de regels. Bij overtreding riskeert men een boete van 1.500 euro.