Rwandese ex-legerofficier verdacht van genocide aangehouden in Nederland

Op gezag van het Landelijk Parket van het Openbaar Ministerie heeft het Team Internationale Misdrijven van de Landelijke Eenheid op woensdag 11 mei 2022 een 65-jarige Rwandese man uit Ermelo aangehouden. Deze voormalige legerofficier verblijft sinds 1998 in Nederland. Rwanda heeft om zijn uitlevering gevraagd omdat hij ervan verdacht wordt betrokken te zijn geweest bij genocide in Rwanda in 1994.

De man was in 1994 officier van de gendarmerie in Rwanda. Volgens de Rwandese autoriteiten had hij een belangrijke rol bij massaslachtingen in de hoofdstad Kigali en in de gemeente Mugina.

‘Het einde van de Tutsi’s’
In april 1994 hadden duizenden Tutsi-burgers op de vlucht voor het geweld van leger en burgermilities toevlucht gezocht in een nabijgelegen parochie in Mugina. De burgemeester van Mugina, die nog geprobeerd had de Tutsi-vluchtelingen in zijn gemeente te beschermen, werd door militieleden gedood. Daarmee hadden leger, politie en milities vrij spel.

Tussen 21 en 26 april 1994 vonden diverse massaslachtingen plaats met 25 april als dieptepunt. Mensenrechtenorganisatie REDRESS sprak nadien met een overlevende van de moordpartij. Hij omschreef de dag van 25 april als het ‘einde van de Tutsi’s’. Naar schatting 30.000 burgers zouden bij de moordpartij in de parochie van Mugina zijn gedood. De moordpartij in Mugina wordt nog ieder jaar herdacht.

Volgens de Rwandese autoriteiten zou deze legerofficier nauw betrokken zijn geweest bij de planning en uitvoering van de massaslachtingen in Mugina. Zo zou hij wapens hebben geleverd aan milities die Tutsi vluchtelingen doodden. Zo’n 80 Tutsi-burgers die de massaslachtingen in de parochie wisten te ontvluchten, zouden door de man en handlangers naar een woning zijn geleid die vervolgens in brand werd gestoken. De man zou de brandstof hebben geleverd. Ooggetuigen hebben hiervan verslag gedaan.

Volgens de Rwandese autoriteiten zou de man voorafgaande aan de massaslachtingen een bijeenkomst hebben geleid waarbij werd opgeroepen om Tutsi-burgers aan te vallen en te doden. Ook wordt hem verweten een aandeel te hebben gehad in de moord op de burgemeester van Mugina.

Genocide in Rwanda
Van april tot juli 1994 voltrok zich in Rwanda een genocide die aan circa 800.000 mannen, vrouwen en kinderen het leven heeft gekost. Volgens mensenrechtenorganisatie Human Rights Watch hadden Rwandese gendarmerieofficieren een belangrijke rol in de aansturing en uitvoering van de massaslachtingen. Door hun tactische kennis en het gebruik van wapens hadden deze legerofficieren een belangrijke bijdrage aan het omvangrijke dodental als gevolg van de slachtingen.

Nederlanderschap ingetrokken
De man kreeg in 1999 in Nederland een asielstatus. Vanwege het vermoeden van betrokkenheid bij genocide, besloot de IND in 2013 het Nederlanderschap, dat hem in 2002 was verleend, in te trekken, waarna rechtszaken volgden. Op 11 mei 2022 heeft de Raad van State het hoger beroep tegen de intrekking van zijn Nederlanderschap ongegrond verklaard. Daarmee was er geen beletsel meer voor de aanhouding en de uiteindelijke uitlevering van de man aan Rwanda. Hij wordt vrijdag 13 mei 2022 voorgeleid aan de rechter-commissaris bij de Rechtbank Den Haag.

Voor het Nederlandse Openbaar Ministerie is het uitgangspunt dat opsporing en vervolging van internationale misdrijven zoveel mogelijk plaatsvinden in het land waar de misdrijven zijn gepleegd. Daar bevindt zich het bewijs, daar zijn de procesdeelnemers ingevoerd in taal, cultuur en achtergronden van gebeurtenissen en daar bevinden zich over het algemeen de meeste slachtoffers en nabestaanden.