Eigen Haard mag huurder die huis naar kattenpis liet stinken niet op straat zetten

Het is woningcorporatie Eigen Haard niet gelukt om een bewoner van een huurwoning in Amstelveen vanwege stankoverlast zijn huis uit te zetten. De kantonrechter gaf de woningcorporatie deze week ongelijk. Zo meldt AT5

De man woont sinds begin 2016 in de woning. Tot begin 2021 hield hij acht katten in zijn woning. Buren klaagden over stankoverlast. Een schoonmaakbedrijf kwam in februari van dat jaar langs. Het bedrijf gaf Eigen Haard een terugkoppeling: "Meneer had slaapkamer 3 in een kattenkamer veranderd. De kamer was zwaar uitgeleefd door de katten, en moet van top tot teen onder handen genomen worden. Alles wat in de kamer staat moet worden weggegooid."

Daarna werd afgesproken dat hij zes van de acht katten weg zou doen. Dat deed de bewoner. De twee overgebleven katten zijn gecastreerd of gesteriliseerd. Daarna werd afgesproken dat het schoonmaakbedrijf weer langs zou komen. De bewoner betaalde daarvoor, in veertien maandelijkse termijn, in totaal 1500 euro.

Maar het schoonmaakbedrijf gaf na de schoonwerkzaamheden aan dat hij 'de schoonmaak enigszins probeerde te saboteren zoals verwacht'. Zo zou hij hebben ontkend dat er katten in de woonkamer waren geweest en zou hij stinkende voorwerpen uit de kattenkamer op verschillende plekken in het huis hebben neergezet, zodat ze niet weggegooid hoefden te worden. 

Eigen Haard gaf bij de kantonrechter aan dat er al jaren geprobeerd wordt om de overlast te bestrijden en dat de grens nu bereikt is. De huurder benadrukte juist dat hij zes katten heeft weggedaan en dat het hem onduidelijk is welke meubels weg moeten. Hij zou enkel wat houten stoelen en banken hebben, die niet door de kattenurine zijn aangetast.

De kantonrechter erkende dat het, ook met de ramen op een kier, nog steeds naar kattenurine stinkt in de kattenkamer. Toch zou de stank in de volledige woning niet zo ernstig zijn dat omwonenden daar last van hebben. Verder zijn er geen nieuwe klachten over stankoverlast binnengekomen. "Eén en ander brengt mee dat er op dit moment geen sprake is van zodanige (stank)overlast dat dit de ontbinding en de ontruiming van de woning rechtvaardigt", stelde de kantonrechter.