Coulanceregeling voor schade wateroverlast Limburg en Noord-Brabant

De ministerraad heeft op voorstel van minister Yeşilgöz-Zegerius van Justitie en Veiligheid ingestemd met een coulanceregeling voor schade waarvoor gedupeerden niet verzekerd waren tijdens de wateroverlast in Limburg en Noord-Brabant in juli 2021.

Vanwege de grote wateroverlast in Limburg en delen van Noord-Brabant besloot het kabinet vorige jaar de Wet tegemoetkoming schade (Wts) bij rampen toe te passen. De regeling tegemoetkoming waterschade geeft een tegemoetkoming in materiële schade die niet verzekerbaar, vermijdbaar of verhaalbaar is. Dit betekent dat een tegemoetkoming alleen geldt voor schade waar redelijkerwijs geen verzekering voor valt af te sluiten. Bij de behandeling van de ontvangen meldingen is geconstateerd dat in ongeveer 800 tot 900 gevallen schade is veroorzaakt door extreem zware regenval of door overlopende beken en geulen. Deze schade is in principe redelijkerwijs verzekerbaar, wat zou betekenen dat deze gedupeerden niet in aanmerking komen voor een tegemoetkoming in hun schade.

Vanwege de uitzonderlijke situatie, de vele schade en het grote leed dat de wateroverlast heeft veroorzaakt onder de gedupeerden, heeft het kabinet besloten om eenmalig een tegemoetkoming te verstrekken voor schade die in principe redelijkerwijs verzekerbaar was.

Schade in het kader van de regeling tegemoetkoming waterschade kon tot uiterlijk 16 december 2021 worden gemeld bij RVO. Tot nu toe is er door RVO in totaal €15,6 miljoen uitbetaald aan 663 gedupeerden. Na de inwerkingtreding van de coulanceregeling kan RVO de meldingen afhandelen die betrekking hebben op schade die in principe redelijkerwijs verzekerbaar was.