Duitse langlaufsters stunten met teamsprintgoud, Noorse mannen verdedigen titel

Ook in het langlaufen naderen de Olympische Spelen van Beijing het einde alweer. Op de loipes van Zhangjiakou werden woensdag de teamsprints in de klassieke stijl afgewerkt, waarin de teams bestaan uit twee deelnemers per land, die om en om zes ronden afwerken, drie per deelnemer.

Vrouwen
Na de eerste paar ronden hadden vier van de tien teams in de finale het tempo al laten gaan, waaronder Noorwegen, dat op Therese Johaug na een dramatisch toernooi kent bij de vrouwen. Bij het ingaan van de laatste ronde waren er nog vijf over, met als slotloopsters Victoria Carl (Duitsland), Jessie Diggins (VS), Natalia Nepryaeva (Rusland), Krista Pärmäkoski (Finland) en Jonna Sundling (Zweden).

Diggins moest als specialiste op de vrije stijl afhaken en ook Pärmäkoski kon het niet meer aan toen het tempo echt omhoog ging. Vooral Carl schroefde het tempo op, waarna ze met Sundling en Nepryaeva om het goud streed. De Duitse was daar verrassend het sterkst en pakte met Katharina Hennig het goud, Sundling moest met Maja Dahlqvist genoegen nemen met zilver en Nepryaeva pakte met Yulia Stupak het brons.

Mannen
Bij de mannen duurde het wat langer voor er echte verschillen gemaakt werden, maar nadat iedereen twee rondes afgewerkt had gebeurde dat wel: Alexander Bolshunov uit Rusland, Iivo Niskanen uit Finland en de Noor Erik Valnes werkten zich los van de rest en stuurden slotlopers Alexander Terentev, Joni Mäki en Johannes Høsflot Klæbo op pad.

De drie bleven enige tijd samen, tot Klæbo er op het laatste klimmetje stevig vandoor ging. De andere twee haakten af en dus ging het goud naar Noorwegen, waarna Terentev de kracht niet meer had om Mäki van het Finse zilver af te houden - brons was zo voor Rusland.