Fenomenale Schouten pakt weer olympisch goud

Schaatsster Irene Schouten heeft haar tweede olympische gouden medaille in Beijing te pakken. De Nederlandse won eerder al de drie kilometer, donderdag was ze ongenaakbaar op de vijf kilometer.

In de derde van zes ritten stond Sanne in 't Hof op het ijs, maar zij moest het afleggen tegen Natalia Voronina: 6:59,770 tegen 6:56,990 voor de Russische. In de eerste rit na de dweilpauze betrad Martina Sablikova het ijs en de Tsjechische veterane deed met een indrukwekkende race een gooi naar haar derde gouden medaille op de langste afstand: 6:50,090 minuten was de vlijmscherpe eindtijd.

Isabelle Weidemann uit Canada nam het in de voorlaatste rit op tegen Ragne Wiklund uit Noorwegen, die lang mee kon, maar in de slotfase toch af moest haken. Weidemann liet haar rondetijden in de slotfase wat oplopen naar hoge 32'ers, maar zette toch een bijzonder sterke 6:48,18 minuten op het ijs.

In de laatste rit stond Schouten naast Francesca Lollobrigida en zoals gebruikelijk ging de Italiaanse weer rap van start. Dat kon ze niet lang volhouden, terwijl Schouten na zes ronden de snelste tussentijd noteerde en vervolgens zelfs de 31 seconden in dook.

Er kwam nog een rondje 32,0 bij, maar vervolgens ging het alleen maar harder: met twee keer 31,8 seconden, rondjes van 31,7 en 31,6 en een slotronde van nota bene 31,1 seconden finishte Schouten in een fenomenale gouden tijd van 6:43,51 minuten, dik drie seconden onder Claudia Pechstein's olympisch record uit 2002 en een van de snelste tijden ooit.

Weidemann pakte zilver, brons was voor Sablikova en In 't Hof werd uiteindelijk zevende.