10 procent meer mensen overleden dan verwacht in 2021

In 2021 overleden bijna 171 duizend mensen, 16 duizend (10 procent) meer dan verwacht voor dit jaar. In iedere leeftijdsgroep was de sterfte verhoogd. De oversterfte bij Wlz-zorggebruikers was lager dan die in de overige bevolking. Vooral in Flevoland, Zeeland en Limburg stierven meer mensen dan verwacht. De levensverwachting in 2021 was ongeveer gelijk aan die in 2020. Dat meldt het CBS op basis van de voorlopige jaarcijfers.

Een jaar met oversterfte komt vaker voor. De oversterfte in 2021 was iets hoger dan de oversterfte in 2020 (ruim 15 duizend), het eerste jaar van de coronapandemie, en een stuk hoger dan in jaren met zware griepgolven (zoals 2015 en 2018). Ook een griepepidemie zorgt vaak voor oversterfte, maar die wordt meestal gevolgd door een periode met minder sterfte, waardoor de oversterfte op jaarbasis lager uitkomt. In 2020 en 2021 was er gedurende meerdere perioden oversterfte, en geen ondersterfte.

Oversterfte in alle leeftijdsgroepen
In alle leeftijdsgroepen overleden meer mensen dan verwacht. Omdat er meer ouderen overleden, is ook de oversterfte in aantallen hoger dan onder jongere leeftijden. Ten opzichte van de verwachte sterfte was de oversterfte in de verschillende leeftijdsgroepen echter niet zo verschillend. Deze relatieve oversterfte was het laagst bij 90-plussers (7 procent) en het hoogst onder mensen van 65 tot 80 jaar (14 procent).

Vergeleken met 2020 was de oversterfte hoger in de leeftijdsgroepen 50 tot 65 jaar en 65 tot 80 jaar. In die laatste groep overleden 6,5 duizend meer mensen dan verwacht, tegen 5,5 duizend in 2020. Bij 50- tot 65-jarigen was de relatieve oversterfte met 11 procent duidelijk hoger dan een jaar eerder. In 2021 overleden ruim 1,6 duizend meer mensen dan verwacht in deze leeftijdsgroep, in 2020 waren dat er bijna 500.

Vooral meer mannen overleden dan verwacht
In 2021 overleden net iets meer mannen dan vrouwen. Normaal gesproken overlijden er juist meer vrouwen dan mannen omdat er meer oudere vrouwen zijn. De sterfte onder mannen was ruim 11 procent hoger dan verwacht, onder vrouwen 9 procent. In 2020 overleden ongeveer evenveel mannen als vrouwen.

Minder oversterfte bij Wlz-zorggebruikers
In 2021 overleden 63 duizend mensen die zorg ontvingen in het kader van de Wet langdurige zorg (Wlz). Dat waren er ruim 5 duizend (9 procent) meer dan verwacht. Onder de overige bevolking overleden 108 duizend mensen, wat een kleine 11 duizend (11 procent) meer is dan verwacht. De Wlz-bevolking telt meer ouderen en meer vrouwen dan de overige bevolking.

De relatieve oversterfte onder Wlz-zorggebruikers was lager dan in 2020, onder de overige bevolking juist hoger.

Flevoland, Zeeland en Limburg relatief het meest getroffen
Vooral in Flevoland (20 procent), Zeeland (16 procent) en Limburg (14 procent) overleden in 2021 relatief gezien meer mensen dan verwacht. In de GGD-regio’s Kennemerland en Amsterdam was de relatieve oversterfte het laagst (6 procent).

In 2020 hadden Flevoland en Limburg ook een relatief hoge oversterfte, in Zeeland was de oversterfte toen heel beperkt. Dat jaar overleden ook in GGD-regio’s in het oosten van Noord-Brabant, in het zuiden van Gelderland en in de GGD-regio’s Zaanstreek/Waterland en Rotterdam-Rijnmond relatief gezien meer mensen dan verwacht.

Levensverwachting in 2021 ongeveer gelijk gebleven
Een samenvattende maat voor de sterfte in een bepaald jaar is de periode-levensverwachting. Dit cijfer geeft het aantal jaren weer dat iemand nog te leven heeft, gegeven het aantal overledenen per leeftijd in dat jaar. De periode-levensverwachting bij geboorte komt in 2021 uit op 79,7 jaar voor mannen en 83,0 jaar voor vrouwen. Dat is voor mannen gelijk aan het jaar ervoor, voor vrouwen een maand minder. Ten opzichte van 2019, het laatste jaar voor de coronapandemie, lag de levensverwachting in 2021 voor mannen 9 maanden lager en voor vrouwen 7 maanden lager. Gemiddeld genomen neemt de levensverwachting ieder jaar juist een beetje toe.

De coronapandemie zal, ondanks de daling in 2020 en 2021, de al jaren stijgende lijn in de levensverwachting naar verwachting niet nadelig beïnvloeden. Na eerdere perioden met hoge sterfte, zoals de Spaanse griep en de Tweede Wereldoorlog, was de levensverwachting snel weer terug op het oude niveau. De CBS bevolkingsprognose gaat er daarom van uit dat de levensverwachting over een aantal jaar weer ongeveer gelijk is aan de prognose die vóór de coronapandemie is gemaakt.

Sterfte aan COVID-19 tot en met augustus 2021 bekend
De cijfers over de (over)sterfte zijn gebaseerd op de berichten over het aantal overledenen die het CBS dagelijks van gemeenten ontvangt. Deze berichten bevatten geen informatie over de doodsoorzaak. Die informatie ontvangt het CBS later via een doodsoorzakenverklaring. Voor alle overledenen tot en met augustus 2021 is de doodsoorzaak bekend. Volgens deze cijfers overleden 11 881 mensen aan COVID-19 van januari tot en met augustus 2021 (11 procent van de totale sterfte in die periode), zoals het CBS op 3 januari 2022 publiceerde. In 2020 overleden 20 173 mensen aan COVID-19 (12 procent van de totale sterfte in dat jaar).

Begraafplaats ( Pixabay)
Begraafplaats ( Pixabay)