Comeback voor Jumbo in Tour door Van Aert

Wout van Aert heeft de elfde etappe in de Tour de France op zijn naam geschreven. Na 199 kilometer koersen, van Sorgues naar Malaucène met tweemaal de Mont Ventoux, kwam de Belg van Team Jumbo-Visma, gisteren nog tweede in de massasprint, solo over de meet. Tadej Pogacar behield het geel.

Het duurde even of er een kopgroep was ontstaan. Verschillende renners probeerden het wel, maar werden weer ingerekend. Alaphilippe en Quintana wisten een gaatje te slaan. Kruijswijk probeerde zich bij het duo aan te sluiten, maar het lukte hem niet. Op het eerste klimmetje van de dag, de Côte de Fontaine-de-Vaucluse van de vierde categorie, was het Alaphilippe die hem beklom alsof het de laatste berg van de dag was. Quintana kon hem niet volgen. Het verschil met het peloton, dat in twee stukken was gebroken, was echter niet groot.

Uit het voorste peloton probeerden renners zich bij Alaphilippe aan te sluiten. Het waren Daniel Martin, Anthony Perez, Neilson Powless, Elie Gesbert en Jakob Fuglsang die in de tegenaanval gingen en aansloten. Het verschil was echter niet groot. De tweede beklimming van de dag was er ook eentje van de vierde categorie, de Côte de Gordes. Alaphilippe versnelde nog eens en nu kon alleen Martin volgen. Perez en Rolland sloten even later aan. Alaphilippe was als eerste boven. Het peloton leek zich nog niet neer te leggen bij de vier koplopers en er probeerden nog steeds renners de oversteek te maken. Het verschil tussen het peloton en de vier koplopers was bijna anderhalve minuut. Daartussen zat een groep met onder meer Mollema en Van Aert die er maar niet in slaagden om bij de vier koplopers aan te sluiten.

De Col de la Liguière was er eentje van de eerste categorie. De vier koplopers werkten prima samen, terwijl de achtervolgende groep lang op een minuut achterstand bleef. Het peloton zat er vijf minuten achter. Martin was als eerste boven. Na die beklimming kwam de achtervolgende groep steeds dichterbij en net voor de eerste beklimming van de Mont Ventoux sloten ze aan. Door een versnelling van Alaphilippe en vervolgens Van Aert moesten een aantal renners lossen waaronder Mollema. De zeven koplopers waren nu Van Aert, Alaphilippe, Bernard, Elissonde, Perez, Durbridge en Meurisse. Mollema en Rolland zaten op drie kilometer onder de top 40 tellen achter de kopgroep en een kilometer daarna demarreerde de Nederlander weg bij de Fransman. Mollema sloot niet lang daarna weer aan bij de kopgroep waar ook zijn ploeggenoten Bernard en Elissonde inzaten. Het was Alaphilippe die als eerste boven kwam voor Perez. Rolland zat op 40 tellen, het peloton op vijf minuten.

De koplopers namen niet al te grote risico's in de afdaling. In het peloton was het Ineos dat de dans leidde. Aan de voet van de tweede beklimming van de Mont Ventoux moest Perez gelijk al lossen. Bernard, die veel aan kop reed, moest ook al gauw lossen. Diens ploegmaat Elissonde viel daarentegen aan, terwijl de groep erachter met stoorzender Mollema niet reageert. Van Aert versnelde toch en kreeg Alaphilippe en Mollema mee. Die laatste twee moesten even later toch lossen. De Belg sloot aan bij Elissonde. Mollema probeerde daarachter Alaphilippe van zich af te schudden, maar de wereldkampioen keerde terug. Het peloton dunde snel uit. Mollema probeerde een tweede maal Alaphilippe van zich af te schudden en nu lukte het hem wel. Elf kilometer onder de top reed Van Aert weg bij Elissonde.

O'Connor, die afgelopen zondag won en tweede stond in het algemeen klassement, moest 10 kilometer onder de top lossen uit de groep favorieten waarin Kelderman prima stand wist te houden. Acht kilometer voor de top had de Belg ruim een halve minuut op Elissonde en ruim een minuut op Mollema. Alaphilippe was inmiddels weer ingelopen door de groep favorieten die niet veel tijd goedmaakten op Van Aert. Achter Van Aert sloot Mollema bij ploegmaat Elissonde aan. Vingegaard, de ploeggenoot van Van Aert, plaatste een demarrage uit de groep met favorieten en alleen Pogacar kon hem aanvankelijk volgen, maar moest hem later toch laten gaan. Van Aert kwam ondertussen alleen over de top. Elissonde en Mollema volgden op ruim een minuut, Vingegaard zat daar zo'n twaalf seconden achter. Pogacar volgde op veertig tellen van Vingegaard. In de afdaling slaagde Vingegaard er niet in om bij het duo van Trek-Segafredo te komen die overigens ook niet dichter bij Van Aert kwamen. Op 4 kilometer van de streep werd de Deen weer bijgehaald door het groepje Pogacar.

Helemaal vooraan was het Van Aert die Jumbo-Visma weer reden tot juichen gaf en solo over de meet kwam. Elissonde en Mollema werden op ruim een minuut tweede en derde.