Van den Bergh stunt tegen Anderson op World Matchplay en pakt eerste majortitel

Dimitri Van den Bergh heeft zondagavond verrassend de World Matchplay op zijn naam geschreven. De Belgische debutant was in de finale met 18-10 te sterk voor tweevoudig wereldkampioen Gary Anderson. 

Aan het begin van de wedstrijd kwamen de heren maar moeilijk op gang. De Schotse veteraan was in de derde leg de eerste die een break wist te plaatsen. Lang mocht hij hier echter niet van genieten, want zijn jonge Belgische tegenstander wist zich de daaropvolgende leg toe te eigenen. Hierna behield deze weer zijn eigen leg, waardoor The Dream Maker de eerste sessie afsloot met een voorsprong van 3-2. 

De partij werd levendiger en werd 5-5. Anderson brak vervolgens met een 130-finish, waarna Van den Bergh antwoorde met een maximale 170-finish. Vervolgens trok De Belg het initiatief naar zich toe. Hij kwam met 9-7 voor en won vanaf 10-8 mede dankzij fraaie finishes van 124 en 132 vijf legs op een rij. Anderson, die in 2018 de World Matchplay won, pakte daarna nog twee legs en zag zijn tegenstander de partij beslissen met dubbel zestien. Het werd 18-10. 

Van den Bergh liet een gemiddelde van 98,31 per drie pijlen noteren, terwijl Anderson daar een gemiddelde van 92,81 tegenover stelde. Ook op de dubbels was de Belg een stuk scherper dan de mondiale nummer acht: 45 tegenover 33,33 procent.

Voor Van den Bergh betekent het zijn eerste titel op een majortoernooi. De nummer 26 van de wereldranglijst stond ook voor het eerst in de finale van een groot dartstoernooi. Twee jaar geleden stond hij al wel in de eindstrijd van de German Darts Masters, waarin hij zijn meerdere moest erkennen in Mensur Suljovic.

De World Matchplay, het grootste dartstoernooi na het WK, verhuisde dit jaar vanwege de coronacrisis eenmalig van Blackpool naar Milton Keynes. Er was geen publiek welkom in de Marshall Arena. Daar werden vorige week ook de Summer Series georganiseerd, het eerste evenement na de hervatting van het darts.