Inflatie stijgt naar 1,6 procent in juni

Consumentengoederen en -diensten waren in juni 1,6 procent duurder dan vorig jaar, meldt het CBS. In mei was de inflatie nog 1,2 procent. De stijging van de inflatie is vooral een gevolg van de prijsontwikkelingen van motorbrandstoffen, tabak en kleding.

Inflatie stijgt door motorbrandstoffen, tabak en kleding
De prijsontwikkeling van motorbrandstoffen heeft een opwaarts effect op de inflatie. In juni waren de motorbrandstoffen 7,9 procent goedkoper dan vorig jaar, terwijl in mei de prijsdaling nog 14,1 procent was. De prijzen van motorbrandstoffen waren in de eerste maanden van 2020 sterk gedaald, en zijn in juni weer gestegen.

De accijnsverhoging op sigaretten en shag per 1 april 2020 zorgt voor een verdere stijging van tabaksprijzen in juni. In juni waren rookwaren 17,9 procent duurder ten opzichte van vorig jaar, in mei was de prijsstijging nog 12 procent. Omdat er ook nog tabaksvoorraden met oude accijnstarieven kunnen worden verkocht, werkt de accijnsverhoging met vertraging door in de verkoopprijzen.

Ook de prijsontwikkeling van kleding had een verhogend effect op de inflatie. In juni betaalde de consument 0,8 procent meer voor kleding dan vorig jaar, in mei was kleding nog 0,5 procent goedkoper.

Verschil inflatie Nederland en eurozone neemt verder toe
Naast de consumentenprijsindex (CPI) berekent het CBS ook de Europees geharmoniseerde consumentenprijsindex (HICP). Consumentengoederen en -diensten in Nederland waren volgens de HICP in juni 1,7 procent duurder dan een jaar eerder, in mei was dat nog 1,1 procent. De inflatie in de eurozone nam toe van 0,1 procent in mei naar 0,3 procent in juni. Het verschil tussen de HICP van Nederland en de eurozone is verder toegenomen.

De HICP wordt volgens de Europees geharmoniseerde methode berekend zodat deze kan worden vergeleken met andere lidstaten van de Europese Unie. De prijsindexcijfers voor de eurozone en de Europese Unie als geheel worden berekend uit de HICP’s van de afzonderlijke lidstaten. De Europese Centrale Bank (ECB) gebruikt deze cijfers voor het monetaire beleid.

De HICP houdt in tegenstelling tot de CPI geen rekening met de kosten van het wonen in de eigen woning. In de CPI worden deze kosten berekend aan de hand van de ontwikkeling van woninghuren.

Prijzendashboard
De consumentenprijsindex is één van de belangrijkste prijsindicatoren die is opgenomen in het prijzendashboard. Hierin staan ook andere indicatoren zoals de prijsindex bestaande koopwoningen en de in- en uitvoerprijzen van de industrie.

Implicaties coronacrisis op de inflatie in juni
Door de overheidsmaatregelen waren de diensten van onder meer vliegmaatschappijen en sportscholen niet of beperkt beschikbaar in juni. Hierdoor zijn er voor veel van deze diensten geen transacties geweest waarvan de prijzen gemeten konden worden. In aansluiting op de richtlijnen van Eurostat, het statistisch bureau van de Europese Unie, heeft het CBS per situatie gekozen voor de meest passende schattingsmethode. De artikelgroepen waarbinnen prijzen geschat moesten worden in verband met corona maken samen circa 6 procent uit van de consumptieve bestedingen. In een notitie worden alle keuzes toegelicht en in een maatwerktabel wordt aangegeven per artikelgroep of er een schatting is gemaakt.