Diepe rouw in waterpolowereld, twee legendes overleden
Tien waterpoloërs hebben ooit drie keer olympisch goud gewonnen, maar de waterpolowereld en heel Hongarije hebben deze week een keiharde klap gekregen: zowel Gyorgy Karpati (woensdag) als Tibor Benedek (donderdag) zijn overleden.
In de lijst met tien waterpoloërs die drie keer olympisch goud wonnen staan twee Britten uit de beginjaren (1908-1920), verder wordt de lijst weinig verrassend gevuld door acht Hongaren. Dezso Gyarmati won vijf medailles op rij tussen 1948 en 1964, samen met Karpati was er goud in 1952, 1956 en 1964. Karpati kreeg in zijn leven vele onderscheidingen, zowel binnen als buiten Hongarije. Woensdag overleed hij, een kleine week voor zijn 85e verjaardag, als laatste lid van de gouden Hongaarse generatie uit de jaren vijftig.
Dat was bepaald niet de laatste gouden generatie, want in de jaren negentig stond er een nieuwe op: hét waterpololand bij uitstek won in 2000 na 24 jaar weer olympisch goud en verdedigde dat in 2004 én 2008. Onder meer absolute legendes Peter Biros en Gergely Kiss waren daar drie keer bij aanwezig, net als bij de medailleloze deceptie in 2012. Ook Zoltan Szecsi, Tamas Molnar, Tamas Kasas en de donderdag overleden Tibor Benedek waren van de partij.
Benedek was het oudste lid van die generatie en speelde ook in 1992 en 1996 al op de Spelen, waar hij met 22 en 19 goals tot topscorer gekroond werd. Na zijn immense succesen werd Benedek coach, onder meer van het Hongaarse team, dat hij in 2013 in zijn eerste jaar gelijk naar de wereldtitel loodste. Vorige maand stopte hij met zijn werkzaamheden, naar verluidt wegens persoonlijke omstandigheden. Volgens Hongaarse media leed hij aan alvleesklierkanker, waar hij donderdag op 47-jarige leeftijd aan bezweek, één dag na zijn illustere voorganger.
De zinderende slotfase van de Spelen in 2004
