14 en 12 jaar cel voor doodslag in Venlo

De rechtbank Limburg heeft vandaag 2 mannen (van 24 en 22 jaar) veroordeeld wegens een dodelijke schietpartij in 2017 in Venlo. Daarbij kwam een 22-jarige man om het leven. De verdachten krijgen gevangenisstraffen van respectievelijk 14 en 12 jaar opgelegd voor onder meer het samen plegen van doodslag.

Op 1 november 2017 waren beide uit de Randstad afkomstige verdachten in Blerick (Venlo). Daar stuitten zij op een lokale groep jonge mannen die hen uitdaagden naar het centrum te komen. Zij zijn daarop ingegaan met een vechtpartij als gevolg. De 24-jarige verdachte is daarop gevlucht en heeft een vuurwapen gehaald, de 22-jarige medeverdachte slaagde er niet in weg te komen.

Na diverse zich snel opvolgende geweldsincidenten waarbij de Blerickse groep, die in de meerderheid was, de confrontatie bleef zoeken en beide groepen geweld gebruikten, vond de fatale schietpartij plaats op de Nieuwborgstraat. Het slachtoffer sloeg de 24-jarige verdachte - die was teruggekeerd met een pistool en dit aan zijn medeverdachte had gegeven - in het gezicht. Toen het slachtoffer daarna op de 22-jarige verdachte afkwam, bracht deze hem met meerdere schoten om het leven.

Geen moord, maar doodslag
De beide verdachten kenden het slachtoffer niet. Het lijkt erop dat het slachtoffer die dag onderdeel werd van een conflict in het drugsmilieu door zich aan te sluiten bij de verkeerde vrienden, op het verkeerde moment op de verkeerde plek. De rechtbank oordeelt dat uit de hele gang van zaken niets blijkt van een vooropgezet plan om dit slachtoffer om te brengen. Om die reden is er sprake van doodslag en niet van moord.

Medeplegen
Hoewel alleen de 22-jarige verdachte heeft geschoten, zijn beiden schuldig aan doodslag. De 24-jarige man heeft het wapen gehaald en het zijn medeverdachte overhandigd. Daarnaast heeft hij hem geholpen bij het schietklaar maken van het wapen op het moment dat hij wilde schieten. Dat betekent dat zij zodanig hebben samengewerkt dat er sprake is van medeplegen van doodslag.

Geen sprake van noodweer
De advocaat van de verdachte die schoot, heeft een beroep op noodweer gedaan. Dat heeft de rechtbank verworpen. Door het vuurwapen te vragen en dodelijke schoten af te lossen terwijl niets er op wees dat anderen ook over wapens beschikten, heeft de verdachte alle grenzen overschreden van wat als verdediging toelaatbaar is.

Strafmaat
Op 1 november 2017 is het geweld door beide groepen op klaarlichte dag zo hoog opgelopen dat willekeurige voorbijgangers hier ongevraagd deelgenoot van waren. De verdachten hebben het leven beëindigd van een nog jonge man. Voor diens familie betekent dit dat zij abrupt en voor altijd afscheid hebben moeten nemen van hun zoon, broer en neef. Zij blijven bovendien achter met de vraag waarom. De precieze oorzaak van het conflict dat tot de dood van hun naaste leidde, blijft een raadsel.

De maximale gevangenisstraf voor doodslag is 15 jaar. Voor het medeplegen van doodslag en het voorhanden hebben van een vuurwapen veroordeelt de rechtbank de 22-jarige verdachte tot een gevangenisstraf van 12 jaar. De rechtbank houdt daarbij rekening met zijn meewerkende houding tijdens de onderzoeksfase en zijn oprechte spijtbetuiging. De 24-jarige verdachte krijgt een gevangenisstraf van 14 jaar voor meer gepleegde feiten. Naast het medeplegen van doodslag en het voorhanden hebben van een vuurwapen is hij ook schuldig bevonden aan het proberen te beïnvloeden van getuigen.

Vordering benadeelde partijen
De vorderingen tot schadevergoeding, ingediend door de nabestaanden van het slachtoffer, zijn te omvangrijk en ingewikkeld om deze in het strafproces te behandelen en worden daarom niet-ontvankelijk verklaard door de rechtbank. Deze vorderingen kunnen worden ingediend bij de civiele rechter.