Vrijspraak voor doden partner in Thailand

Een 49-jarige man is vandaag door de Haagse rechtbank vrijgesproken. De man werd ervan verdacht dat hij zijn partner opzettelijk met geweld had gedood in Thailand. Volgens de rechtbank is er onvoldoende wettig en overtuigend bewijs om vast te stellen dat de man het slachtoffer opzettelijk met geweld om het leven heeft gebracht.

Achtergrond
Op 10 oktober 2008 werd in de beerput bij de voormalige woning van verdachte in Thailand het stoffelijk overschot van het slachtoffer gevonden. Op dat moment was zij tussen de 8 en 12 maanden geleden overleden. Er kon geen doodsoorzaak worden vastgesteld.

Onvoldoende bewijs
Er zijn meerdere feiten en omstandigheden die de man zeer verdacht maken. Dat ziet de rechtbank ook in. De rechtbank kan de man echter niet veroordelen enkel op grond van verdachte omstandigheden rond het overlijden van het slachtoffer.

De wet schrijft voor dat voor bewezenverklaring voldoende wettig en overtuigend bewijs nodig is. De rechtbank moet in deze zaak concluderen dat er geen bewijs is waarmee kan worden vastgesteld hoe de vrouw om het leven is gekomen en wat daaraan precies voorafging. Daarom wordt verdachte vrijgesproken.