Minder asielzoekers, meer nareizigers in 2e kwartaal

In het tweede kwartaal van 2019 kwamen 5.205 asielzoekers en 880 nareizende gezinsleden naar Nederland. Het aantal asielzoekers was lager, het aantal nareizigers hoger dan in het eerste kwartaal van 2019. Dat meldt het CBS op basis van nieuwe cijfers van de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND).

Vergeleken met het tweede kwartaal van 2018 kwamen er juist meer asielzoekers en minder nareizigers. Toen ging het om 4.155 asielzoekers en 2.140 nareizigers.

Nationaliteit asielzoekers meer uiteenlopend
In het tweede kwartaal van 2019 kwamen de grootste groepen asielzoekers uit Syrië (730), Nigeria (675), Iran (465), Turkije (300), Algerije (245) en Marokko (245). De nationaliteit van de asielzoekers die naar Nederland komen is tegenwoordig meer divers dan vijf jaar geleden. In het tweede kwartaal van 2014 vormden asielzoekers uit Syrië ook al een grote groep (2.045), maar de meeste asielzoekers kwamen toen uit Eritrea (3.100). De derde grootste groep waren de staatlozen (560). Deze drie groepen vormden toen bijna 80 procent van alle asielzoekers die in dat kwartaal naar Nederland kwamen (7.185). In het tweede kwartaal van 2019 vormen de drie grootste groepen nog maar 36 procent van alle asielzoekers.

Samenstelling groep verschilt per nationaliteit
De groep asielzoekers bestaat in het tweede kwartaal van 2019 voor 58 procent uit volwassen mannen, 18 procent zijn volwassen vrouwen en 24 procent kinderen. Deze samenstelling varieert voor de verschillende nationaliteiten. Onder de Algerijnse asielzoekers zijn alleen jongens en mannen, geen vrouwen. Ook bij de Marokkaanse asielzoekers zien we weinig vrouwen (2 procent). De groep Eritrese asielzoekers bestaat voor meer dan 50 procent uit minderjarigen, vooral jongens. Bij de groep Iraanse asielzoekers zien we relatief veel volwassen vrouwen (34 procent) en ook onder de Turkse asielzoekers zijn relatief veel meisjes en vrouwen.

De groep nareizende gezinsleden bestaat voor 54 procent uit minderjarigen, voor 32 procent uit volwassen vrouwen en voor 14 procent uit volwassen mannen.