Meer sociale huur behouden bij overname Vestia-bezit door andere corporaties

Overname van het Vestia-bezit door (een) andere lokale woningcorporatie(s) lijkt de meest passende oplossingsrichting voor de volkshuisvestelijke problematiek die dreigt te ontstaan in Barendrecht, Bergeijk, Brielle, Pijnacker-Nootdorp, Westland en Zuidplas. De oplossing kan doorgang vinden zonder het financiële herstel van woningcorporatie Vestia in gevaar te brengen. Dat blijkt uit het rapport dat minister Ollongren van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) in ontvangst nam van Hamit Karakus, de door haar aangestelde bestuurlijk regisseur.

Begin februari 2019 startte Karakus zijn zoektocht naar het vinden van concrete én werkbare oplossingsrichtingen voor de volkshuisvestelijke opgave die is ontstaan in de gemeenten Barendrecht, Bergeijk, Brielle, Pijnacker-Nootdorp, Westland en Zuidplas. “De huidige liberalisatie van de sociale huurvoorraad door Vestia veroorzaakt vooral in deze gemeenten een fors verlies van sociale huurwoningen. Een groeiend volkshuisvestelijk tekort is onwenselijk en belemmert het recht op betaalbare huisvesting voor iedere huurder”, benadrukt Karakus.

Gedeelde urgentie
Uit de vele gesprekken die de bestuurlijk regisseur de afgelopen periode voerde met alle betrokken partijen, blijkt sterk dat de urgentie van het volkshuisvestelijk vraagstuk breed wordt (h)erkend; bij woningcorporaties, bij gemeenten, bij de provincie en bij de overige betrokken instanties. Karakus: “Hoewel er sprake lijkt te zijn van een breed gedragen en positieve grondhouding, realiseren vrijwel alle partijen zich dat de financiële problemen van Vestia een structurele oplossing in de weg zit. Veel partijen delen de wens om de patstelling die is ontstaan, te doorbreken. Dit betekent onder meer dat veel betrokken partijen bereid zijn om in beweging te komen, mits iedereen bijdraagt. Ook de huurdersvertegenwoordiging van Vestia wil zo snel mogelijk af van een onzekere situatie. Een mogelijke overname van het Vestia-bezit door lokale en/of regionale woningcorporaties met meer investeringskracht biedt duidelijkheid aan huurders en is daarom een oplossingsrichting die wordt aanbevolen.”

Kansrijke oplossing
In diverse gespreksrondes zijn ook andere oplossingsrichtingen verkend, waaronder het compenseren van de liberalisatie met nieuwbouw, minder liberaliseren in deze zes gemeenten of verkoop van het Vestia-bezit aan marktpartijen. De overname van het volledige Vestia-bezit aan (een) lokale woningcorporatie(s) wordt door de bestuurlijk regisseur als meest kansrijk beoordeeld. Dit is mede te danken aan de stap die Vestia zelf zette gedurende het traject, namelijk het aanbieden van haar woningen tegen marktwaarde-in-verhuurde-staat aan lokale en regionale woningcorporaties.

Gezamenlijk vervolg
Meerdere woningcorporaties en gemeenten hebben aangegeven een voorkeur te hebben voor een vervolgproces waarin partijen gezamenlijk op zoek gaan naar een optimale oplossing in de individuele gemeenten. De concrete uitwerking van deze mogelijke oplossingsrichting kost tijd en vergt een transparant proces. Als eerstvolgende stap stelt de bestuurlijk regisseur voor om het initiatief te nemen om per gemeente een ‘tafel’ te organiseren. Hiervoor worden lokale corporaties uitgenodigd die het bezit van Vestia in de betreffende maatwerkgemeente over willen nemen tegen minimaal marktwaarde-verhuurde-staat. Karakus: “De bestuurlijk regisseur van deze tafels zal vooral moeten toezien op een optimale invulling van de volkshuisvestelijke opgave na overname. De inzet zou daarnaast gericht moeten zijn op het zo snel mogelijk ontzorgen en bemiddelen bij belemmeringen die de overname in de weg kunnen staan. Vestia blijft zelf integraal verantwoordelijk voor het verkoopproces en heeft hier de regie over.”