Astrid Holleeder zou niet opnieuw getuigen

Astrid Holleeder, de zus van Willem en één van de belangrijkste getuigen in het proces tegen hem, zou de keuze om opnieuw te getuigen tegen haar broer niet maken. Ook haar dochter, presentatrice Miljuschka Witzenhausen, zou niet willen dat haar moeder het opnieuw zou doen.

"Als een getuige de waarheid niet spreekt, gaat-ie de gevangenis in. Maar over mij werd voortdurend geroepen dat ik lieg. Denk je nou écht dat ik vijftig verklaringen lang ongestraft kan liegen?", vertelt Astrid Holleeder in een interview in De Volkskrant van zaterdag. "Uit mijn praktijk als advocaat wist ik al dat slachtoffers in de rechtszaal opnieuw slachtoffer worden. Nu maakte ik het zelf mee. Iedereen pist over me heen. Het voelt alsof je van alle kanten wordt geslagen, bekeken, beoordeeld."

De juiste keuze
Miljuschka, het enige kind van Astrid, doet voor het eerst een boekje open over haar ervaringen met haar oom Willem. Ze vertelde dat de keuze van haar moeder om te getuigen tegen haar oom een beslissing was die samen werd gemaakt. Maar beiden hadden geen idee dat het zo zou lopen. Miljuschka: "Op een gegeven moment zei mijn moeder: 'Ik denk dat ik hem moet vermoorden. Dan is alles opgelost. Wát vind jij?' Ik antwoordde dat dan het slechte zou overwinnen. Ik geloof oprecht dat je in essentie altijd het goede moet willen doen." Astrid vult haar aan: "Het was of dat, of tegen hem getuigen. In retrospectief weet ik niet of we de juiste keuze hebben gemaakt."

Volgens Miljuschka was het veel rustiger geweest als haar moeder niet zou getuigen, maar "dan zouden we hem nog voortdurend om ons heen hebben, hé", reageert Astrid. "Ik had destijds jouw mening niet moeten vragen en zelf voor die andere optie moeten kiezen. Dan had ik inmiddels mijn straf al uitgezeten en liep ik nu vrij rond."

"Als je zo nodig moet, ga je gang"
Astrid Holleeder leeft onder de radar sinds ze samen met haar zus Sonja en ex-schoonzus Sandra begon te getuigen tegen haar broer. Ze verhuisde meerdere keren van het ene schuiladres naar het andere voor haar eigen veiligheid, maar beseft daardoor ook dat haar dochter een groter doelwit is geworden doordat zijzelf al jaren schuilt. "Het is naïef om te denken dat Wim dit niet allang zelf heeft bedacht. Dat hij mij het zwaarst treft door aan mijn kind te komen. Daarom ga ik mij vaker laten zien, juist op de plekken waar hij en ik samen kwamen. Daarmee zeg ik tegen hem: 'Als je zo nodig moet, ga je gang'."

"Als er nu iets met mij gebeurt, dan zal heel Nederland naar hem kijken", verklaart Miljuschka. "Ik vraag me af of hij dat wil aangaan. (...) Ik kijk dertig keer vaker over mijn schouder dan een ander, en overweeg zorgvuldig alles wat ik in de buitenwereld doe. Maar als dat niet genoeg is; kóm dan maar. Ik weiger om mijn leven nog langer door angst te laten vergiftigen. Of om maar half te leven."

Dreiging
Astrid vertelt verder serieus overwogen te hebben om een eind aan haar leven te maken. "Dan zijn zij ook van de dreiging af." Miljuschka vertelt emotioneel dat ze dat idee niet toelaat. "Maar het zou voor mij een hele grote klap zijn. Mijn moeder en ik zijn zo hecht, met niemand anders kan ik delen wat wij hebben meegemaakt. (...) Het naarste van alles is dat ik weet hoe het zal gaan. Dat ze op een dag koud op straat zal liggen. En dat haar lichaam een bewijsstuk wordt."