Werkstraf en cel geëist tegen trekkerrijder

De jonge man uit Boskoop remde abrupt met zijn trekker omdat hij – naar eigen zeggen – de racefietser achter hem wilde waarschuwen voor een aanstaande wegversmalling. Het resultaat was echter een botsing waarbij de racefietser een aantal gebroken ruggenwervels opliep. De officier van justitie eiste maandag 180 uur werkstraf en twee maanden cel (waarvan één maand voorwaardelijk).

Het is een behoorlijke verantwoordelijkheid wanneer je als 18-jarige met een trekker plus aanhanger de openbare weg op gaat, in dit geval het Noordeinde in Moerkapelle op vrijdag 16 juni 2017. Dan is het ook niet verstandig om risico’s te nemen. Bijvoorbeeld door ongeveer 55 kilometer per uur te rijden, waar 25 is toegestaan.

Een racefietser zag er wel het voordeel van. Hij dacht lekker uit de wind te kunnen rijden door kort achter de aanhanger te blijven hangen. De trekkerrijder was zich bewust van de racefietser. Hij verklaart dat hij licht wilde remmen om de racefietser te waarschuwen voor een aanstaande wegversmalling.

Remspoor
Alleen, het remspoor van 19 meter past niet echt bij deze verklaring. Ook een getuige heeft gezien hoe de trekker opeens heel hard remde. Daar was op dat moment geen aanleiding voor. De racefietser kon met geen mogelijkheid meer uitwijken. Hij klapte in volle vaart tegen de aanhanger waarbij hij ernstig letsel aan verschillende ruggenwervels opliep.

De officier van justitie gaat er niet vanuit dat de trekkerrijder de racefietser gericht ernstig letsel wilde toebrengen. Maar volgens haar heeft hij wél willens en wetens het risico genomen dat dat zou gebeuren. ‘Een wielrenner op hoge snelheid is een zeer kwetsbare verkeersdeelnemer. Als je dan ten val komt, is het helder dat je daarbij zwaar lichamelijk letsel kunt oplopen.’

Rijbevoegdheid
Zij eiste een werkstraf van 180 uur en twee maanden cel (waarvan één maand voorwaardelijk) wegens het toebrengen van zwaar lichamelijk letsel. Ook eiste zij ontzegging van de rijbevoegdheid voor de duur van twaalf maanden (waarvan tien maanden voorwaardelijk). De uitspraak is op 13 mei.