Elf landen winnen goud op WK karate
In Madrid is zondag het wereldkampioenschap karate afgesloten. In tegenstelling tot de WK's van 2014 en 2016 won Nederland dit keer geen medaille, maar er was wel een flinke diversiteit te zien in de nationaliteiten van de winnaars.
Er stonden zestien onderdelen op het programma en dat leverde goud op voor elf verschillende landen. De individuele- en teamwedstrijden in de kata, waar het om stijlvormen gaat, werden gedomineerd door Spanje en Japan, maar in de kumité, de vechtvorm, waren flink wat verschillende vlaggen nodig.
De individuele kumitécompetities, tien in totaal, zorgden voor de grootste diversiteit: de tien gouden medailles werden gewonnen door tien verschillende landen, met verliezend finalisten uit negen verschillende landen. In de laatste finale van het WK, de team kumité bij de mannen, leek er nog een twaalfde land met goud bij te komen, maar Turkije gaf een 2-0 voorsprong tegen grootmacht Iran weg en verloor met 2-3.
De zwaarste categorie bij de mannen, die boven 84 kilogram, werd gewonnen door Jonathan Horne. De Duitser versloeg Sajjad Ganjzadeh uit Iran, een van de toplanden in het karate, met onder meer een fraaie 'spinning back kick' op het gezicht.
In 2020 is karate voor het eerst een olympische sport. In Tokyo zijn er dan wel beduidend minder onderdelen dan op de WK's en in het reguliere circuit gebruikelijk is. Zo zijn er geen teamwedstrijden en zijn de vijf gewichtsklassen in de kumité wat in elkaar gedrukt.
De twee lichtste en de twee zwaarste klassen zijn allebei samengevoegd tot één lichte en één zware klasse. De mannen komen uit in de individuele kata en de kumité tot 67kg, tot 75kg en boven 75kg. De vrouwen hebben naast de kata ook de kumité tot 55kg, tot 61kg en boven 61kg.
De finale in de zwaarste categorie bij de mannen, helaas wel gefilmd met een aardappel (Bron: YouTube)
