Kernfusie weer een stapje dichterbij

Kernfusie kan een oneindige bron van groene energie worden, het blijkt alleen verdraaide lastig onder controle te houden. Wetenschappers van het Princeton Plasma Physics Laboratory in de Verenigde Staten hebben nu een manier ontdekt om het hete goedje enigszins in goede banen te kunnen leiden. Hun resultaten zijn gepubliceerd in het gerenommeerde wetenschappelijk tijdschrift Nature Physics.

Om kernfusie, het samensmelten van twee lichte atoomkernen tot één zwaardere atoomkern, goed op gang te krijgen heb je namelijk gloeiend heet plasma nodig van ongeveer honderdvijftig miljoen graden Celsius. Je bootst in principe gewoon de zon na, waar kernfusie dagelijkse kost is.

De zon kan echter onder invloed van magnetisme en enorme druk grote zonnevlammen creëren en hetzelfde gebeurt hier op aarde als je een bol plasma in een reactor probeert te houden, maar dan wordt het Edge Localized Modes (ELM) genoemd. Deze ELM's kunnen de binnenkant van de reactor zwaar beschadigen en daarmee het kernfusie-experiment compleet laten mislukken.

Onderzoeker Park Jong-kyu en zijn team hebben een manier gevonden om met behulp van magnetische golven deze ELM's onder controle te houden. Deze golven verlichten enigszins de druk in de reactor en verminderen zo de kans op een ELM. "We hebben de werking van onze berekeningen in een kleine plasmareactor kunnen aantonen. Het werkt, zonder de kern instabiel te maken", aldus Park. "Lange tijd dachten we dat het onmogelijk was om ELM's te kunnen voorspellen, maar we kunnen alle mogelijkheden en variaties uiteindelijk makkelijk berekenen."

In 2025 zal een grote plasmareactor, de ITER Tokamak, in gebruik worden genomen. In deze twintig miljard euro kostende reactor zal het grootste kernfusie-experiment ooit gaan worden uitgevoerd en velen zien in dit apparaat het meest complexe apparaat ooit door de mensheid gebouwd. Onnodig om te vermelden dat het zeer belangrijk is dat de hoeveelheid plasma in deze reactor goed onder controle dient te worden gehouden.