In 2026 bestaan er geen onbevoegde leraren meer

Ongeveer een kwart van alle lessen in het voortgezet onderwijs wordt gegeven door een docent die verkeerd (te laag of voor een ander vak) of helemaal niet bevoegd is. Staatssecretaris Dekker vindt dat te veel, en de Tweede Kamer is dat met hem eens. Vandaag heeft de Kamer ingestemd met een wetswijziging die het vanaf 2026 verbiedt om onbevoegd voor de klas te staan.

Dat lijkt een fantastische wet. Goed onderwijs is het fundament van de samenleving en dat zou gegeven moeten worden door de beste mensen. Dat zullen de scholen zelf ook wel vinden, dus waarom staan er dan nu zo veel onbevoegde mensen les te geven? Onder meer omdat er een lerarentekort is. Niet in alle vakken - we hebben bijvoorbeeld genoeg geschiedenis- en gymdocenten om de hele Benelux les te geven. Maar docenten wiskunde, natuurkunde, duits en nog wat andere vakken zijn er gewoon te weinig. En gezien de vergrijzing in het onderwijs verbetert die situatie nog niet op korte termijn. Als de bevoegdheidsverplichting morgen zou ingaan, dan heeft op sommige scholen de helft van de klassen geen wiskunde meer. 

In 2013 werd besloten dat het in 2017 al afgelopen moest zijn met onbevoegd lesgeven. Tot op heden kunnen zogenaamde benoembare leraren (bijvoorbeeld leraren in opleiding en zij-instromers) met toestemming lesgeven, ook al zijn ze nog niet bevoegd. Hiermee voorkomen scholen het naar huis sturen van klassen als er onvoldoende docenten voorhanden zijn, en is het voor zij-instromers die een deeltijdopleiding doen mogelijk om te studeren en te werken tegelijk. Aan de andere kant laten scholen ook toe dat onbevoegde, maar zeer ervaren docenten mogen blijven lesgeven zonder dat ze ooit hun opleiding halen. 

Dat laatste is in het nadeel van docenten die wel bevoegd zijn, en dat wil de staatssecretaris oplossen met het Lerarenregister. Dat is op dit moment vrijwillig, maar moet verplicht worden. Het invoeren van die verplichting en het verbod op onbevoegd lesgeven lossen echter beide het lerarentekort niet op. Dat concludeert de Raad van State in een advies en ook de linkse oppositie heeft kritische vragen gesteld op dit punt.

Als er niet meer leraren komen, dan is deze wet in 2026 nog steeds niets waard. Klassen naar huis sturen wil niemand, dus een verbod in laten gaan als er onvoldoende docenten beschikbaar zijn zal voor geen enkele minister van Onderwijs een wenselijke optie zijn.