Asscher: uitlevering Umar ondenkbaar
Vicepremier Lodewijk Asscher kan zich 'niet voorstellen' dat Ebru Umar wordt uitgeleverd aan Turkije als dat land overgaat tot vervolging van de columniste. Dat zei hij vrijdag op de wekelijkse persconferentie na de ministerraad.
Het Openbaar Ministerie in Turkije onderzoekt sinds eind april of Umar de Turkse president Recep Tayyip Erdogan heeft beledigd. Zij mocht daarom het land ruim twee weken niet verlaten. Dinsdag oordeelde een Turkse rechter dat het uitreisverbod ongegrond was. Zij keerde daarna direct naar Nederland terug.
Er is op allerlei niveaus druk politiek en diplomatiek contact met de Turken geweest om de terugkeer van Umar te bewerkstelligen. Zowel premier Mark Rutte als minister Bert Koenders (Buitenlandse Zaken) zocht regelmatig telefonisch contact met de columniste, die een scherpe pen voert.
Beledigingen
Het baart Asscher wel zorgen dat door de affaire-Umar en de eerdere oproep van het Turkse consulaat om beledigingen aan het adres van Erdogan te melden 'veel Nederlanders zich nu geïntimideerd voelen of minder vrij voelen om kritiek te uiten' op de het Turkse staatshoofd. Het consulaat meldde later dat het om een 'misverstand' ging.
Umar kreeg veel kritiek van Turkse Nederlanders. Op sociale media waren er bedreigingen aan haar adres. Ook werd er ingebroken in haar huis, terwijl ze Turkije niet mocht verlaten. "Wat je nu ziet is dat de polarisatie in Turkije en de spanningen ons hier in de weg gaan zitten. Dat wil ik niet", zei Asscher.
Asscher: uitlevering Umar onvoorstelbaar (Foto: ANP)
